deze was tevreden met een redelijke pachtprijs plus goede ver
zorging van gebouwen en gronden. Zoals de oude eigenaar de
boerderij aan zijn zoon gaf, trad de jonge pachter in de voet
sporen van zijn vader, zo volgde bij beiden geslacht op ge
slacht. Hoge prijzen, grote winsten, wisselden met magere ja
ren en schrale inkomsten.
Niet iedere pachtboer had het voorrecht, zulk een goedé eige
naar te bezitten als die hier geschetst wordt. Daar waren
grondbezitters, die steeds door moeilijke voorwaarden hun
pachters tegenwerkten, bijvoorbeeld door het opdrijven van de
pachtprijs, het verbieden van de verkoop van stro, beperking
van het kunstmestgebruik, het verbod om meer dan een kleine
oppervlakte met suikerbieten te verbouwen, van onderverhuur.
Bij rijke winsten, kan ook een minder kapitaalkrachtige pach
ter het dan volhouden, volgt er tegenslag, dan kan hij de
pachtsom niet opbrengen, met als gevolg, opzegging van de
pacht. Voor die pachter betekent dit het verkopen van zijn
gehele inspan met de gewassen, wil hij aan zijn verplichtin
gen kunnen voldoen. Een poos later meldt dan een advertentie
in de krant de verkoping van zijn kapitale boereninspan en
vruchten te velde.
Een boerenkoopdag in die jaren komt overeen met een kleine
kermis. De dag voor de verkoping wordt op het erf een grote
tent, of een aantal kleine tenten opgeslagen. Naast sterke
drank en bier betekenen de palingbroodjes een fijne lekkernij.
Als spelen kenden wijhet slaan op de kop van Jutkoekhap-
pen, muziek en dans, en zo meer. Het resultaat was vaak een
luidruchtige bende.
Verkoop van sterke drank is reeds sedert lang verboden. Het
gebeurde wanneer iemand een paard of koe zou kopen, dat hij
beneveld door de drank, niet wist welk dier hij gekocht had
en aan welke prijs, waardoor allerlei narigheden ontstonden.
Naast al die vrolijkheid kon men schrijnende tegenstellingen
treffen. Het kwam voor dat de boerin met enige kleine kinde
ren in de bakkeet zat te schreien omdat straks haar sieraden,
goud en zilver zouden verkocht worden, die zij als jong meisje
van haar ouders had gekregen, en haar in een klein huisje de
armoede aangrijnsde.
Als wij in de laatste helft van de vorige eeuw een boerenwoning
betreden, ontdekken wij dat zij aan de schuur is gebouwd. Aan
de rechterzijde van het huis is een lokaal met een buitendeur
en een deur die toegang geeft tot de schuur. Bij de muur,
tegenover de buitendeur bevindt zich de tredmolen, bestemd
20