Voor de titel van deze rubriek tekende de heer J. Bitter te Goes, waarvoor hartelijk dank. Stuit u bij uw onderzoeken op dergelijke zaken, schroom niet. Noteer ze en geeft ze aan ons ter plaatsing door. F.H. de Klerk leverde ons deze recepten. Probeert u het eens. Ordinancie ende maniere van pruymcruyt te maecken. Neemt een hondert blaeuwe prumen ende doet de steenen uuyt; dan doet se in een schone pot ende zet se an 't vier ende coect se als men appelmoes doet ende slaet se doen in een becken, dat die vellen nyet doer en gaen ende doet se dan in een panne ende mett se oeck wel nochtans soe seer niet als dat quecruyt; als 't een luttel gesoden es soe doet er suycker ine te weten tot een pinte spijs een pont suycker ende als 't wel gesoden es, soe doet dat in een tinne scho tel ende laet et couwen is 't dan zoe stijf dat men daer af snijden mach, soe es 't genoech. Pruimengelei Neem honderd blauwe pruimen en ontpit ze; zet ze in een schone pot op het vuur om te koken als appelmoes. Pers de pap door een fijn vergiet waarin de vellen blijven hangen. Doe de pruimen vanuit het vergiet in een pan en maak ze enigszins fijn, maar niet zoals perengelei. Zet de pap weer op het vuur en breng de pruimen aan de kook; doe er vervol gens suiker in, op een halve liter gelei een pond suiker. Als de pruimenpap goed doorgekookt is laat u de gelei af koelen en als er dan gemakkelijk van te snijden is bent u klaar. Van queesop. Neempt dat sop dat ghij ghyet van de queen ende doetet in een panneken ende doet er alsoe veel suykers in dattet wel soet es ende dan zyetet tottet dicke werdt als pruymcruyt. Sap van kweeperen. Het sap dat u van kweeperen hebt afgegoten kookt u onder toevoeging van veel suiker zodat het dik wordt als pruimen gelei Naschrift bij de recepten: "Deze recepten komen voor in het archief der stad Goes inv.nr. 2, ongefolieerd, waarin voornamelijk 15de en 16de 3

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1980 | | pagina 5