eeuwse afschriften van de stadsprivileges (1267-1578) staan
vermeld. In een begin 16de eeuws handschrift zijn de recep
ten opgetekend, een handschrift dat overigens niet uitge
sproken west-Nederlands te noemen is. Het geheel is vrij
slordig geschreven, waarbij vooral in het laatste gedeelte
meerdere schrijffouten gemaakt zijn. De recepten
worden in het register vooraf gegaan door een ordonnantie
betreffende de weesmeesters van Goes, waarna een privilege
van het landrecht van de stad Goes te lezen is.
Bron: archief stad Goes, inv.nr. 2, afschriften van de pri
vileges, 1267-1578, 15e, 16e eeuw.
-0-0-0-0-
In de vorige eeuw verhuurde men jaarlijks de zitplaatsen in
de, thans afgebroken, Gereformeerde Kerk aan de Wijngaard
straat te Goes. De lidmaten konden inschrijven op een zit
plaats. Een commissie wees de plaatsen toe. Dat moet beslist
geen gemakkelijke taak zijn geweest, getuige het volgende
gedichtje dat in een zitplaatsenboek werd aangetroffen:
om het Ieder na zijn zin te maken
En van een Elk te zijn Bemind
dat zijn de onmoogelijkste zaken
Die men ooijt in de Weereld vind.
Nota voor deze moeijelijke taak.
Bron: archief Geref.Kerk Goes, voorl. nr. 223.
-0-0-0-0-
Van de heer J. Bitter te Goes werd onlangs de transkriptie
ontvangen van een interessante tekst afkomstig uit het ar
chief van de Nederlands Hervormde Gemeente van Goes. Het is
een uittreksel uit het klasseboek van de klassis Zuid-Beve
land aangaande een beschuldiging van dwaling ten laste van
Samuel Nothaeusrektor van de Latijnsche school te Goes en
het stuk is gedateerd op 29 mei 1612 (1). In 1583 werd de
Latijnse school door de Duinkerkse predikant Petrus Bertius
(of De Bert) gesticht. Voor de lessen werd door de stads
regering een lokaal beschikbaar gesteld, het zogenaamde
kerkehuis. Na hem waren achtereenvolgens werkzaam als rektor,
Hubrecht van de Venne, Charles Matthieu en Samuel Nothaeus (2).
it