Wijk A worden de volgende personen genoemd die ons inzicht
geven in de samenstelling van het gezin. Het huisnummer is
16 en het aantal inwoners 10.
Jacoh Beenhakker, oud U9, geh. Kattendijke, van beroep land
bouwer
Francina Wabeke, oud i+1, geb. Wemeldingezijn vrouw.
Adriaan Beenhakker, oud 16, geb. Kapelle zoon
Jan Meijaard, oud 15, geb. 's-Heer Abtskerke zoon
Johannes Meijaard, oud 13, geb. 's-Heer Abtskerke zoon i
Adriaan Meijaard, oud 11, geb. 's-Heer Abtskerke zoon i
Leendert Meijaard, oud 9, geb. 's-Heer Abtskerke zoon i
Joost Meijaard, oud 6, geb. 's-Heer Abtskerke zoon i
Maatje Beenhakker, oud 17, geb. Kapelle dochter
Janna Beenhakker, oud 10 weken, geb. 's-Heer Abtskerke
dochter
kinderen uit het huwelijk van Francina Wabeke en Cornelis
Meijaard.
Reeds vanaf zijn aankomst in het dorp 's-Heer Abtskerke had
de landbouwer Jacob Beenhakker te maken met grote tegensla
gen in zijn bedrijf.
Dat blijkt uit een bericht in de Goessche Courant van 23
april 1830.
In deze aankondiging lezen wij het volgende:
"Jacob Cornelisse Beenhakker, landman in de gemeente 's-Heer
Abtskerke, kanton Heinkenszand, arrondissement Goes, is door
de hooge stand van het binnenwater in de zoogenaamde Poel
tot zijn totale ruine genoodzaakt om zijn beestiaal te ver-
koopen
Openbare verkooping op donderdag 29 april 1830 des morgens
ten 10 uren precies ten zijnen huize te 's-Heer Abtskerke
door het ministerie van den Notaris Soetebier, residerende
te Goes en wel van een bruin ruin paard oud 3 jaren, een
bruin merriepaard mede oud 3 jaren, 6 baatgevende melk koeij-
en en een vare koe, 3 2-jarige vaarsen en een varken."
Dit trieste bericht geeft duidelijk aan dat de afvoer van
het water uit de Poel in het jaar 1830 in zeer slechte staat
verkeerde
Eén van de oorzaken daarvan was de weersgesteldheid. Het jaar
1830 was in het geheel genomen een ongunstig jaar. De winter
van 1829-1830 was streng (zie bijlage 2).
10
