17
"leen van zijne wetenschappelijke bekwaamheden, maar wat
"niet minder zegt van zijne geschiktheid als docent en van
"zijn tact om met de leerlingen om te gaan" (2).
Goesde Albert Joachimikade gezien in de richting
van de Grote Kade, met links de R.H.B.S. en daar
naast de Strafgevangenisca. 1915.
Foto gemeentearchief Goes.
Het gemeentebestuur was van deze woorden niet onder de in
druk en benoemde een ander, een zekere C.M. van Deventer,
die op dat moment nog niet in het bezit was van een wette
lijke bevoegdheid (3). Geen nood, moet Frowein hebben ge
dacht, er dient zich tezijnertijd nog wel een andere be
trekking aan. Aan het einde van het jaar solliciteerde hij
opnieuw, ditmaal aan de HBS te Amersfoort. Wederom werd hij
afgewezen. Uit de Goessche Courant horen we het waarom: