"Zal de schoolmeester de kinderen ten minsten eens ter "week catechizeren en ook zorgen dat dezelve eens ter "week op zoodanigen dag en uur als de predikant zal "opgeven in order geplaatst zijn om door zijn Eerwaar- "de gecatechizeerd te worden. "Zal de schoolmeester gehouden zijn zelf school te "houden en niet vermogen een substituut te stellen, "dan bij hooge noodzakelijkhljt en met bewilliging van "den E. Kerkeraad. Zal ook gedurende de school tijt "geen particuliere privé) bezigheden verrichten. "De schoolmeester zal voor schoolgelt in de maand "trekken van een kind, dat de letters leest en van die "welke spellen en leezen vier stuivers en van die lee- "zen en schrijven leren ses stuivers en die het cijf- "feren leren naar rato. "Hij zal zijn school dagelijks 's morgens en 's namid- "dags beginnen met het gebedt en eindigen met den "dankzegging; en voorts zig in alles gedragen, als een "goet en ordentelijk schoolmeester betaamt." 1800-1829 C.J. Bakker, die al dienst deed in 1798, doch het beroep werd eerst in 1800 geapro- beerd goedgekeurd). 1829-1844 Johannes van Klink. 1844-1863 J. Thomasz. Brouwer. Hij vertrok naar Phi lippine 1863 Tijdelijke waarneming door J.W. van Hiele uit Goes. 1863-1898 P. Kruysse Jz. Vanaf 1881 bijgestaan door kweekeling I.J.E. Feleus tot 1885 en van 1885-1898 door denzelfden, doch nu als on derwijzer. Inmiddels was de nieuwe onderwijswet in werking gesteld, die ook onderwijs voorschreef in nuttige handwerken. Voor het geven van bedoeld onderwijs werd in 1881 benoemd mej E.C. Pot van Kloetinge, die zulks, hoewel zonder akte, bleef doen tot 1898. Ze werd opgevolgd door mej. M. Stok- mans, die wel met succes het examen in de nuttige handwer ken had afgelegd.

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1989 | | pagina 7