EEN "RAID" OP ZUID-BEVELAND.
door Frank de Klerk.
Als we het Engelse woord "raid" gebruiken denken we meestal
aan een bliksemaanval door een van de oorlogvoerende par
tijen uit de Tweede Wereldoorlog. Dit woord kunnen we ech
ter in meer algemene zin gebruiken. Zo vond er in 1634 een
raid op de kust van Zuid-Beveland plaats vanuit Vlaanderen.
De toestand: we zaten in de laatste jaren van de 80jarige
Oorlog. Nog steeds vonden belegeringen en veldslagen plaats
tussen de legers van de Republiek en Spanje. Kort tevoren
nog waren Venlo, Roermond en Maastricht voor de Zeven Pro
vinciën gewonnen, de laatste stad door een belegering. La
ter zouden Venlo en Roermond nog even door de Spanjaarden
terugveroverd worden. In Zeeuws-Vlaanderen wachtten Sas van
Gent en Hulst nog op Frederik Hendrik, nu waren ze nog vij
andelijk gebied voor de Republiek.
De Westerschelde was in deze tijd grensrivier tussen de
oorlogvoerende partijen. Aan de zuidkust van dit eiland
waren versterkingen, zogenaamde redoutes, opgebouwd. Van
hieruit hielden soldaten de rivier en de dijken in de ga
ten. In maart 1634 landde er een vijandelijke sloep aan het
hoofd van Kruiningen. Er sprongen 25 soldaten uit, die de
bezetting van het redoute, 7 man sterk, onder vuur namen.
De kustlijn van de Westerschelde bij KruiningenOp de uitloper tussen d<
Hinkelenpolder en de Westveerpolder speelde zich de overval af.
Afbeelding uit: Wilderom, Tussen Afsluitdammèn en DeltadijkenIII.