Yerseke ontrukt worden aan vergetelheid." (bij dezen
gebeurd
Juli 1867: Te Bruinisse waren 100, te Tholen 36, en te
Yerseke 13 vaartuigen die voornamelijk op oesters, mosse
len en garnalen visten. De koroesters brachten voor het
eerste soort f. 7,- op, tweede soort f. 3,-. Puike Zeeuwse
oesters brachten f. 4,- per 100 stuks op. Yerseke telde op
dat moment 1019 inwoners, verdeeld in 921 hervormden, 97
gereformeerden en 1 rooms-katholiek.
Oktober 1868: 300 vissers op de oesterbank bij Yerseke.
Elke visser verdiende minstens f. 300,-. Vele percelen
werden nu in pacht uitgegeven. Yerseke telde 1009 inwoners.
September 1869: Op de oesterbank van Yerseke werden dit
jaar geen oesters gevist die de maat hebben, er was wel
onnoemelijk veel oesterzaad. De oesterhandel bevond zich in
een kwijnende toestand. Het aantal inwoners was met 1
gedaald tot 1008.
Juli 1870: Plannen voor een nieuwe haven te Yerseke. Aan de
provincie werd een renteloos voorschot gevraagd. De
verpachte oesterpercelen gaven goede resultaten. Dagelijks
werden ongeveer 3000 oesters gevangen, die voor f. 3,50 a
f. 4,- per 100 van de hand gaan. De vissers die niet
gepacht hadden mochten hun geluk beproeven op 'de zogenaamde
Broek van de Hogenkraaijert tot de Zwarte Ton en de laagte
nabij Tholen. Zij vingen dagelijks niet meer dan 100 stuks
oes ters
1871: Op 22 maart 1871 werd de nieuwe haven aanbesteed, de
goedkoopste aannemer was A. van Bezooijen te St. Maartens
dijk voor f. 9049,-. Yerseke was nu volop aan het verande
ren, het werd drukker en levendiger. De rijtuigverhuurders
A. Wisse en Joh. Lamper hadden druk werk. Burgemeester Van
Oeveren en de 2 wethouders C. van de Vrede en W. de Jonge
hebben het moeilijk met de nieuwe onbekende dingen die
komen gaan. Yerseke veranderde van een 100 landbouwdorp
in een kweekplaats van oesters. Machtige adellijke rijke
heren, waaronder Baronnen, Jonkheren, geestelijken,
dokters, rijke kooplieden, avonturiers, zij allen streken
8