Tijdens deze raadsvergadering stond voor het gemeentehuis in de Noordzandstraat een menigte mensen. De ruimte in de vergaderruimte was stampvol met publiek. Er brak een ware storm van verontwaardiging los tegen de afschaffers van de kermis. Een bij voorbaat gedrukt gelegenheidsgedicht werd die zelfde avond nog onder de massa verspreid. Het lied dat op een bekende melodie gezet was werd onmiddellijk een soort "Marseillaise" en daverde langs de straten, de gezichten van de zangers droegen sporen van wrevel en woede. De avond en nacht trok de stoet van herberg naar herberg. Plotseling werd er gratis drank uitgedeeld, naar men aannam verstrekt door het raadslid Sauer. De vier raadsleden die tegen gestemd hadden, A. Hartoog, J. Lemson, D. Schipper en J. Sinke, werden onder politiegeleide thuisgebracht. De eerste dag dat het normaalgesproken kermis zou zijn was voorbij. En wat voorspeld was, was gebeurd. Veel meer geschreeuw en rumoer in het dorp dan tijdens de kermis. Later op de avond stonden op de Paardenmarkt plotseling vaatjes brandewijn met glaasjes en ieder kon naar harte lust hiervan profiteren. Zeer velen lieten zich deze kans niet ontglippen. Yerseke hield van drank en menig persoon die niet aan deze drukte deelnam maakte van deze gulheid gebruik. Door de drank voer in de menigte een oproerige aard, althans deze werd hierdoor zeer aangedreven. Blijk baar had men het gemunt op de vier raadsleden, die de ker mis hadden afgeschaft. Een groep van een paar honderd zingende en joelende lieden brachten beurtelings een bezoek aan de vier raadsleden. De woning van Lemson werd bekogeld met uit de straat opgebroken stenen. Toen hij zich even buiten waagde werd hij gewond; hij kon zich ternauwernood redden door zijn huis binnen te glippen. Het hekwerk voor zijn woning werd geheel verwoest. Lemson was afkomstig uit Schouwen en was aangetrokken door de weelde van Yerseke. Hij handelde in oesters en woonde aan de Damstraat. Ook bij Hartoog, beter bekend als Den Droger (hij was in de meestoof op de Dam droger geweest) werd veel vernield. De gewassen in de tuin werden uitgetrokken, terwijl de omhei ning werd omgetrokken en alle ruiten ingegooid. Hartoog woonde eveneens aan de Damstraat. 25

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1990 | | pagina 27