hun vertegenwoordigingen kwijt, in casu hun fabrieksagent-
schappen. Stuk voor stuk werd alles voor hen uit handen
geslagen. Zij raakten hun inkomsten kwijt. Vooral de jaren
die voorafgingen aan de Tweede Wereldoorlog was voor deze
mensen een bitter bestaan. Men kan er aparte verhalen over
schrijven. In die bewuste jaren werd door handelsagenten in
onze zaak verteld dat Georg Haller het messing ronseltje of
draaiertje waar in relief als bij een munt een Davidster
was afgebeeld moest verwijderen. Petroleumstellen mochten
geen Davidster meer dragen, terwijl 19 september 1941 en 29
april 1942 nog niet in zicht waren. Het was immers nog
vrede. Wij handelsmensen begrepen deze futiliteiten niet,
stonden er ook niet bij stil. Wie lette er op de afbeelding
of fabrieksembleem van een fabrikant. Nauwelijks zichtbaar,
koper op koper, nooit heb ik kunnen achterhalen of Georg
Haller een Joodse fabrikant was. Wel weet ik dat het
messing ronseltje vervangen is door een eboniet knopje.
Maar of dit een gevolg was van de politiek in Duitsland of
duidde op een technische verbetering, ook dit is mij
onbekend. Uit het archief van de firma Jacob Boer heb ik
afbeeldingen van diverse grossiers, maar wij hebben niet
alle jaargangen van v66r de oorlog meer in bezit. Men kan
nu eenmaal niet alles bewaren.
Het Bezugsquellenbuch van de Duitse industrie uit 1952 (het
enige dat bewaard is gebleven) bevat geen naam meer van
Georg Haller. Trouwens de rol van het petroleumstel was
eveneens uitgespeeld.
EEN BRANDOPROEP
WAAR IS HET ARCHIEF VAN DE ZEEUWSE PROVINCIALE
BRANDWEERBOND GEBLEVEN
Deze oproep wordt gedaan aan alle archivarissen en
archiefmedewerkers van de Zeeuwse gemeenten, oud
brandweercommandanten, brandweerlieden, oud-secretarissen
en burgemeesters van de Zeeuwse gemeenten en andere mensen
die weten waar het archief gebleven is van de Zeeuwsche
Provinciale BrandweerbondOok gegevens over de lotgevallen
van dit archief zijn welkom.
19