De tweede onderhandse akte behelst hoofdzakelijk de zelfde gegevens, met dit verschil dat hier Magdalena Cornelia Eltzman wonend te Utrecht een vierde gedeelte verkoopt onder hetzelfde beding voor de lasten en geneugten als de vorige verkopers, aan de zelfde Abraham Vader en zijn zoon Pleter Saaijmans Vader. De verkoop en koop vond doorgang voor de prijs van f. 3.250,-. De ondertekening van deze akte vond te Utrecht plaats op 24 februari en te Goes op 28 februari 1838. Nieuwe eigenaren van de boerderij in de Veerhoek per 28 februari 1838 waren derhalve ieder voor de helft Abraham Vader en Pleter Saaijmans Vader. De laatste pachtte de helft van zijn vader, en ging voor eigen risico de boerderij beheren. De pacht bedroeg f. 784,75. Dit volgens de reeds genoemde boedelbeschrijving. Het valt tegen om een lijst te maken van de opeenvolgende bewoners van de boerderij. De bevolkingsregisters van de gemeente Kapelle-Biezelinge en Eversdijk zijn wat huisnummering betreft nu niet direct ordelijk bijgehouden. Het is wel gebleken dat op het huisnummer van de boerenwoning tot begin 1855 soms ook wel twee personen gelijk woonden, bijvoorbeeld rond 1846 Maarten Everse, knecht, en Maria Everse, meid. Ongetwijfeld was dit inwonend personeel. Het is aannemelijk dat Abraham Vader zijn zoon met raad en daad heeft bijgestaan. Deze had namelijk meerdere boerderijen in eigendom. De reeds genoemde boedelbeschrijving wijst mijns inziens overduidelijk op een tamelijk omvangrijk privé-gedeelte in de woning. Mogelijk ook een slaapkamer: a. zijn vrouw Maria Elizabeth Pompe van Meerdervoort, wonend te Goes is op 6 december 1842 te Eversdijk overleden b. huisraad op de hofstede te Eversdijk: een mahoniehouten kleerkast, een ovalen mahoniehouten tafel met kleed, enz., een mahoniehouten boekenkastje, acht stoelen, twee fauteuils met leren zitting, een ledikant met behangsel, enz., en twee geschilderde tafels alsmede 24 stoelen, met gematte zittingen, enz.; c. vaamhout en mutsaards. 34

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1990 | | pagina 34