tenslotte van Wissenkerke naar Geersdijk worden grindweg, de eerste verharde wegen op
Noord-Beveland. Dat kost veel geld. Er zijn "bijdragen van de polders en een renteloos
voorschot uit de provinciale fondsen ad 3642. De gemeente leent bovendien 16.200
tegen 4% met aflossing of uitloting binnen 42 jaren. Een grote som wanneer wij de
jaarrekeningen van de gemeente daarnaast leggen:
1858 1871
Inkomsten 8319,96 1/2 14.400,78 1/2
Uitgaven 6907,08 1/2 13.140,06 1/2
Met andere woorden: dit was een kapitale prestatie. Het feest bij de inwijding door de
Commissaris des Konings op 24 juli 1855 getuigt dan ook van het gewicht hiervan in de
ogen van de inwoners. Wij lezen van veel met de Nederlandse vlag versierde huizen, met
bloemen en vlaggen versierde eerepoorten, het gelui der klok, het gejubel der menigte,
onderscheidene eereschoten, een diner bij den burgemeester aangeboden aan de Commis
saris en notabelen en 's avonds talloze eereschoten, voetsoekers en vuurwerk."
Grindwegen zijn duur, ook in onderhoud. Dat is in 1857 tot boven 900 's jaars
gestegen. Jaarlijks moet immers van elders aangevoerd grind worden opgebracht. Hoe
zuinig men dan ook is op deze "kunstwegen" leert het gemeentelijk Reglement dienaan
gaande:
- Art. 3.
Het is verboden op grindwegen met karren, waarvan de velgen zes duim (=cm) of
minder breed zijn meer dan achthonderd pond en met wagens of andere voertuigen
waarvan de velgen zes duim breed zijn meer dan duizend pond te vervoeren. Voor iedere
duim meer breedte der velg wordt een honderd pond meer toegelaten; terwijl voor iedere
duim minder breedte een honderd pond vracht wordt afgetrokken.
- Art. 5.
Bij dooiweder zal slechts de helft der vracht, bij art. 3 bepaald, op de karren, wagens of
andere voertuigen worden vervoerd.
- Art. 8.
Geen rij- of voertuigen bespannen met drie paarden naast elkaar zonder dissel of lemoen
mogen de wegen bereiden (sic!)
Ook Provinciale Staten maken nog een ingewikkelde regeling om het berijden bij
dooiweder - vast te stellen door Gedeputeerde Staten! - te beperken. Maar Vader
protesteert: om aan deze bepaling te voldoen zouden 182 wagens en 60 driewielskarren in
deze gemeente moeten worden omgebouwd tegen totale kosten van 37.238! Dus dat
gaat niet door.
Scholen.
In zijn nieuwjaarsrede 1858 tot de gemeenteraad kondigt de burgemeester aan, dat, nu het
wegenplan voltooid is de belangrijke en veel omvattende zaak van het onderwijs zich
aandient. Deze reorganisatie werd nodig door de Wet op het lager onderwijs 1857,
Staatsblad 103. De hier gegeven voorschriften vinden wij letterlijk terug in het gemeente
reglement. Het belangrijkste artikel, art. 1, eist onderwijs in 9 vakken: lezen, schrijven,
rekenen, beginselen der vormleer, Nederlandsche taal, aardrijkskunde, geschiedenis,
kennis der natuur en zingen. Meer uitgebreid lager onderwijs - niet verplicht - wordt
genoemd het onderricht in; "de beginselen der kennis van levende talen, die der wiskun
de, die der landbouwkunde, gymnastiek, teekenen en handwerken voor meisjes."
Godsdienstonderwijs wordt toevertrouwd aan de kerkgenootschappen, waarvoor de