12
De kwaliteit van het gebodene.
Hier toont het publiek zich uitermate tevreden. Leesbaarheid, lengte en
illustraties worden zeer positief beoordeeld. Wel zou men wat meer illustra
ties wensen, terwijl artikelen met veel statistiek, cijfers en tabellen duidelijk
minder hoog scoren. Dit negatieve aspekt is echter niet zodanig, dat artikelen
met veel cijfermateriaal zonder meer moeten worden weggelaten.
De prijs.
Een vrij groot percentage van de lezers - vooral van de "niet" en "soms"
kopers, vindt het Jaarboek te duur. Daar staat tegenover, dat zo'n 10 procent
geen bezwaar heeft tegen een wat hogere prijs. Het lijkt aan te bevelen om
de huidige prijs voorlopig te handhaven. Er is kans dat een hogere prijs tot
vermindering van verkoop leidt. Veel lezers stellen juist de grote variatie van
onderwerpen op prijs. Anderzijds heeft een groot deel van de lezers wel veel
waardering voor de speciale uitgaven.
Het beste en het slechtste artikel.
Op deze vragen kwamen betrekkelijk weinig antwoorden binnen. Slechts 40
stemmen werden uitgebracht voor het beste artikel, waarbij verscheidene
lezers er meer dan één noemden. De score daarbij is erg gevarieerd. Slechts
één artikel uit een normaal Jaarboek springt er duidelijk uit: de bijdrage van
professor Dekker over het dijkbestuur tussen twee vloeden. Daarnaast
oogstte de speciale uitgave van Raas over de hervormde kerk van 's-Heeren-
hoek veel waardering, vooral ook om de heldere stijl. Terwijl veel lezers dus
liever geen speciale uitgaven in de Jaarboekreeks zien, blijkt deze studie toch
goed te scoren. Ook over "Een troostelijk woord" zijn trouwens geen
negatieve geluiden te horen.
De vraag naar het slechtste artikel is slechts zelden beantwoord. Blijkbaar
zijn onze leden vriendelijke mensen, die niet graag meppen uitdelen. Een
poedelprijs hoeven we dus niet uit te delen.
Andere opmerkingen.
Een oordeel over de vormgeving hebben we niet gevraagd. Toch zijn daar
opmerkingen over gemaakt. Sommige (oudere) lezers vinden de Jaarboeken
vrij moeilijk leesbaar en de letter te klein. Gesuggereerd wordt om een wat
groter lettertype te gebruiken; dan liever maar wat minder tekst voor hetzelf
de geld. In dat kader past ook de wens naar wat meer illustraties, en de
vraag naar een betere lay-out. Ook wordt opgemerkt, dat de redaktie wel wat
uniformer kan, bijv. in de opname van noten en literatuur. Gepleit wordt
voor het herstel van de traditie om biografische gegevens over de auteurs op
te nemen.