4
Aan God zij gij gewijd:
Gij hebt geheel Uw leven
Geofferd voor altijd
Uw werken en Uw streven
Wordt door zijn hand geleid.
Gij hebt Zijn woord
Tot U gehoord:
"Wilt mij Uw krachten geven
In dit Mariaoord".
De Zeereerwaarde Pastoor was zo ontroerd dat hij haast niet uit zijn woor
den kon komen. Na afloop ging Mijnheer Pastoor naar de bruidjes en riep met
hen drie maal: 'Hoerah, lang zullen de Zusters leven.'
Het leven in Mariaoord is in het begin bittere armoede. Met zes kinderen in het
internaat geniet men niet bepaald hoge inkomsten. In de wintermaanden komen
de gebreken van hun oude behuizing duidelijk naar voren: als de wind verkeerd
zit, zitten de bewoners in de kolendamp of in de rook. Regent het, dan moeten
overal schalen en emmers neer worden gezet om de behuizing enigzins droog te
houden. De aannemer die het dak komt repareren, komt met de mededeling dat
het dak niet meer te repareren is. Het blijkt zo koud in het gebouw dat de vloer na
het dweilen op een ijsbaan lijkt. Zelfs het ongedierte dat tussen de stenen en
planken zit, komt naar binnen en kruipt over het behang. In het dagboek lezen
we:" 's Morgens, al voor het morgengebed, moesten de Zusters in de kapel eerst
de banken afvegen, gewoonlijk lagen ze vol met grijze kelder varkens!". De
ledikantjes van de kinderen worden van de slaapzaal naar een kamer aan de
voorkant overgebracht omdat het op de slaapzaal te koud blijkt voor de kinderen.
In 1939 beginnen de zusters een naaischool en een kleuterschool. De naai- en
kleuterschool worden ondergebracht in de grote schuur. Na de Tweede
Wereldoorlog wordt Mariaoord door bouw- en woningtoezicht onbewoonbaar
verklaard. De bovenste verdieping mocht niet meer worden bewoond en moest
zelfs direkt worden ontruimd. In Mariaoord, inmiddels bewoond door zo'n
honderd personen, wordt de toestand onhoudbaar. Men schakelt een architekt in
om een nieuw internaat te ontwerpen en koopt een aangrenzend terrein. Dc
plannen worden echter afgewezen omdat men te weinig speelterrein voor de
kinderen krijgt en het terrein te laag en te dicht bij het kerkhof ligt. De
pariochianen besluiten een grote villa van de heer de Grooff, de Belgische
Consul, aan de overzijde van het kanaal aan te kopen. De villa die oorlogsschade
heeft opgelopen, moet worden hersteld; het terrein bij de villa biedt voldoende
ruimte om twee zijvleugels aan te bouwen. Op Mariadag 8 december 1948 wordt
de eerste steen gelegd voor een nieuwe kapel. Op 30 mei 1949 wordt dc nieuwe
kapel door de deken Nieveen Van Dijkum uit Goes ingezegend en geopend,
waarna het gehele gebouw door hem wordt gezegend. Naast een onderkomen
voor bejaarden en schipperskinderen, bouwt men op eigen terrein een school, die
uit 4 klassen bestaat. De schipperskinderen worden pas op deze school toegelaten