4 Foto van de bewaard gebleven ajbeelding van het echtpaar W.L. Vader - J.E. van Voorst. Johanna had een negen jaar oudere zuster, die in 1793 de bekwame jurist A.W. Philipse - hij bracht het later tot president van de Hoge Raad! - had gehuwd. Aangezien zij reeds in 1796 kinderloos overleed, was volgens Zeeuws erfrecht haar bezit bij haar eigen familie teruggekomen. Johanna had nog een tweede, ongetrouwde zuster Maria Jacoba, waarvan het bestaan ons alleen bekend is geworden, doordat W.L. in zijn familiebijbel heeft aangetekend, dat zij getuige was bij de doop van W.L.'s derde dochter, haar petekind Maria in 1804 en ook nog W.L.'s tweede zoon, Abraham Catharinus ten doop hield in 1808. Daarna is niets meer van haar bekend; mogelijk is zij vroeg overleden. Johanna zal haar man dertien kinderen schenken, waarvan er zeven de volwassen leeftijd hebben bereikt. Toen vader Pieter in 1800 overleed, werd zijn rentmeesterschap over de Boedel Nassau Bergen verdeeld tussen de broers Abraham en W.L. Hoewel W.L.'s aandeel daarin het kleinste was, reisde hij toch ook enkele malen met Abraham mee naar Alkmaar om de jaarlijkse "Reekening" te presenteren aan de admini strateurs van de Boedel. Te eniger tijd - wij weten niet wanneer - is hij ook rentmeester geworden voor de Ambachtsheren van Geersdijk en Wissenkerke. In het Gemeente-archief van Wissenkerke ontbreken alle gegevens tussen 1809 en 1825. Daarna treedt hij in ieder geval als zodanig op.

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1997 | | pagina 6