7
gemeentelijke begroting over 1807:
- Onderhoud van dorpswerken beneevens Salaris van den opzichter der
brandspuijt en het uurwerk 56:6:-
- Tractementen van Schoolmeester, klokluider, schoonmaker der rioolen, het
incasseren van dorpspenningen, tractement politiedienaar en het wegvoeren
van dorpsaarde 45:18:3
- De tractementen van de bode, Dorpsschutter, vuur en licht, administratie
kosten, Schrijven Zeegelen der Reekening, samen 27:16:3
- Noodwendige kosten vallende bij geleegentheid van het opmaaken en
arresteren der belasting als anders zo van weegens het Gemeente Bestuur als
gecommitteerden te samen 4:-:-
- Het tractement voor een nachtwacht 33:6:8
- En voor onvoorziene gevallen Eene somme van 12:10:-
Tesamen dus een som van rond 1.025.--. Zodat de bevolking werd gevraagd om
- exclusief de bestaande belastingen - nog eens drie maal de hele gemeente
begroting op te brengen. Geen wonder dat W.L. vraagt aan de minister van
Financiën voor het volgend jaar de quote te verminderen, vooral ook omdat die in
vergelijking tot andere gemeenten hoog was uitgevallen. Door de verdeling over
de inwoners van deze belasting zijn wij ingelicht over de som die de leden van de
Raad bijdroegen, terwijl ook de emolumenten hierbij zijn vermeld. Alle leden
mochten jaarlijks 30.-- innen aan emolumenten, W.L. Vader, schout,
secretaris en vendumeester 700.—. Hij werd voor de belasting aangeslagen
voor 70.—, de andere leden voor bedragen, variërend van 30.— tot 60.—.
Wanneer W.L. in 1819 in Kortgene benoemd wordt tot gemeente-ontvanger,
wordt daarbij vermeld, dat hij diezelfde functie in Wissenkerke al bekleedde.
Bovendien was hij ontvanger der Rijksbelastingen te Wissenkerke en ontvanger
der directe belastingen in Wissenkerke, Kortgene en Kats; dat blijkt uit zijn
ontslagbrief in 1844. En in juli 1813 maakt het gemeente- archief van Kortgene
melding, dat W.L. ontvanger was van het Octroij, dat wil zeggen van de in- en
uitgaande rechten. Data van aanvaarding van deze functie hebben wij niet. Zeker
heeft hij onder de ontvangers op Noord-Beveland een centrale plaats ingenomen.
De indruk, dat hij een voortreffelijk boekhouder en financier is geweest, vinden
wij bevestigd in de opdracht die broer Abraham kreeg van de Sous-Prefect, om
namens hem W.L. een pluim op de hoed te steken. In het gemeente- archief van
Kortgene staat dat zo genoteerd:
"Ontfangen een missive van den Heer Sous Prefect van den 1 December 1813
houdende om op den onfangst deezes zich te begeeven bij den Heer Vader
ontfanger van de communes van dit canton (d.w.z. van de gemeenten op Noord-
Beveland) ten einde desselfs kas te verifieeren en daar van proces verbaal
intezenden met Last wijders om aan den Heer Vader voornoemt te kennen te
geeven het bijzonder genoegen hetwelk den Heere S.Prefect heeft gehad in het
regulier bevinden van alle de Boeken en papieren van den zeiven ontfanger en
voorts hem te kennen te geeven dat zijn Ed: niet zal naiaaten om de zêle en
Exactitude van den zeiven ter kennis te brengen van den Heere Prefect".
