14 oorkonde, weergegeven in het derde deel van het recent verschenen Oorkonde- boek van Holland en Zeeland, is daarmee de tot op heden vroegst bekende vermelding van de naam van ons dorp: zie ook Rondom Niewecoop 95.1. Tot de ontdekking van Ton de Koning werd zoals gezegd uitgegaan van 1282 als oudste vermelding van het Hollandse Nieuwkoop. In 1282 gaat het om een oorkonde waarin Graaf Floris V bepaalde goederen en inkomsten schenkt aan Ridder Nicolaas van Kats, in ruil voor de door deze ridder aan de graaf overgedragen inkomsten, waaronder de koren-, lammer- en smalle tienden van Nieuwkoop,dus het recht op 10% van de korenoogst en 10% van alle jonggeboren lammeren en kleinvee. Uit deze overdracht kunnen we twee dingen concluderen. Allereerst dat in Nieuwkoop in 1282 al landbouw en veeteelt bedreven werden (wat trouwens - gezien de twee hoed rogge van 1270 ook bij de oorspronkelijke toekenning van deze huwelijksgift ook al vóór 1266 het geval moet zijn geweest). Bovendien impliceert de oorkonde dat vóór 1282 Ridder Nicolaas van Kats de rechthebbende op deze tienden van Nieuwkoop was. Tezamen met de Nicuwkoopse tienden draagt Ridder Nicolaas in 1282 ook inkomsten over uit Hazerswoude, uit Rijnsaterwoude en uit Waddinxveen, alsmede zijn visrechten te Warmond en zijn Huis Rijnenburg te Hazerswoude. Hij moet dus een belangrijk man geweest zijn in Nieuwkoop en omgeving. Wie was hij eigenlijk? Ridder Nicolaas van Kats was een Zeeuws edelman. Vrijheer van Kats, Katshoek, Oud en Nieuw Kats, Katsrak, Emelisse en Welle, het Land van Katzand, Ossendrecht, Borrepas en Lopik, die met Albert Heer van Voomc, Dirk Heer van Teilingen, Aamout van Heemskerk en Willem van Egmond deel uitmaakte van de Raad van Floris V. Hij was afkomstig uit Kats op Noord-Bevcland, een plaats op de grens van het machtsgebied van Floris V aan de toen als vaar- en transportroute Hoogst belangrijke Oosterschelde. Zijn vader, Gerolf van Kats, was in 1258 een van de raadslieden van Gravin Elisabeth, de weduwe van Graaf Willem II. Zoon Nicolaas treedt in de voetsporen van zijn vader. Hij wordt genoemd als Voogd en Gunsteling ("Gouverneur en Favoriet") van Floris V, die hem in 1272 op een missie zendt naar het hof van Edward II in Engeland. Daar wordt hij tot Ridder geslagen. In de jaren daarop neemt Ridder Nicolaas een centrale positie in onder de Zeeuwse en Hollandse edelen waarop Floris V steunt. Zo neemt hij in 1278 op verzoek van Floris met (slechts) 500 man de opstandige stad Utrecht in, die na een eerdere "pacificatie" in 1276 op verzoek van de Elect Jan van Nassau (de gekozen maar nog niet gewijde bisschop van utrecht) onrustig was gebleven. Soo is Nicolaes van Catze, Ridder, hebbende alsnog de Voogdhye vanden Jongen Floris, LantsHeere van Hollandt, maar met vijfhondert gewapende Mannen naer Uytrecht getrocken, en heeft met Hamers en Bylen de deuren der poorten aan stucken geslagen, ende sittende op den richter-stoel in 't midden van de Stadt, heeft hij veertienhondert Persooncn uyt de stad gebannen, ende alle de Regieringe

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1998 | | pagina 16