15 tafel: op die H.B.S. wordt "de godsdienst uitgesloten," Waar moet dat heen? Immers: "zonder Christendom bestaat geen moraal!" Voor Van den Bosch geldt de Heilige Schrift als hoogste gezag. Verhage: "Dan houdt Van den Bosch zich niet aan zijn als raadslid afgelegde eed van trouw aan de grondwet en de wetten des Rijks!" S.V.: "Onjuist! Die wetten zijn niet in strijd met de Bijbel!" En zo heeft de Raad tot aanbesteding van de bouw van de H.B.S. besloten met maar 7 tegen 3 stemmen, januari 1866. Ook als die school er al is, blijft het protest tegen die voor de gemeente veel te dure voorziening voortduren. Wethouder De Laat de Kanter - die tevens inspecteur is van het onderwijs - heeft 1 december 1868 berekend dat die school aan de gemeente zelf inderdaad 10.000,- per jaar kost; het Rijk geeft daarenboven een subsidie van 7.000,-. Maar daar tegenover staat dat de leraren aan belastingen e.d. de gemeente 9.162 inkomen bezorgen. Van extra last valt niet te spreken. Het geld is aan de 52 leerlingen van de H.B.S. en nog 21 van de daarbij behorende "Burgeravondschool" wel besteed. V.V.V. geeft toe, "dat hij de cijfers niet kan weerspreken, maar het blijft zijne overtuiging, dat het onder wijs hier op een te grooten voet is ingerigt." Dat geldt ook voor het lager onderwijs. Als een nieuwe openbare school gebouwd moet worden, verzetten zich V.V.V. c.s. in de vergadering van 30 juli 1868. Wethouder Fransen van de Putte betoogt, dat de onderwijswet bepaalt, dat geen onderwijs mag worden gegeven in lokalen die voor de gezondheid schadelijk zijn of geen voldoende ruimte bevatten. En de door de Raad zelf ingestelde Schoolcommissie rapporteert al 10 jaar lang, dat de school te klein is. Het is interessant om te zien hoe Goes die lening van 44.000,- tot stand brengt. Enkele particulieren schrijven in voor 34 van de 88 aandelen, elk groot 500,-. De belangrijkste is J.A.A. Fransen van de Putte met 19 aandelen. Het Armbestuur krijgt opdracht om uit zijn vermogen 20 aandelen te kopen en het Gasthuis om zich over de resterende 34 aandelen te ontfermen; dat moet daarvoor een aantal "inschrijvingen in het grootboek", rijkslening dus, te gelde maken. 1 Juli 1868 wordt de "Zeeuwsche Spoorweg" feestelijk geopend. Natuurlijk moet er een weg worden aangelegd naar het buiten de kom gelegen station. Ook dat vinden de conservatieve Raadsleden te duur! Ere wien ere toekomt: de liberalen hebben in die tijd de stuwkracht geleverd voor de verbetering van de positie der onvermogenden in het belastingstelsel en voor de invoering van het middelbaar onderwijs! Van de drie vaste commissies uit de gemeenteraad - voor de financiën, gezond heid en scholen - werd V.V.V. gekozen in de commissie van financiën. Hij blijft daarvan lid van 1856 tot en met 1865. Daarna is hij niet meer herkozen. Te conservatief?? Bij zijn aantreden als lid van de Raad was V.V.V. nog voorzitter van het College van Regenten der Godshuizen. Door de wijziging in de Armenwet moeten die twee nu uit elkaar. Het weeshuis valt in principe onder armenzorg en is dus voor taan uitgesloten van subsidie van de burgerlijke gemeente. Toen het stadsbestuur het weeshuis stichtte in 1672 vielen immers wezen nog onder armenzorg; en ook

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1998 | | pagina 17