Gedicht van een petroleumventer Eliza Paauwe Eliza Paauwe werd geboren te Wemeldinge op 3 december 1870. Hij overleed te Biezelinge op 28 oktober 1954. Zijn beroep was petroleumventer. In het archief van het Burgerlijk Armbestuur van Kapelle komen enkele gedichtjes voor van Paauwe. Zaken die hem zeer hadden aangegrepen, bijvoorbeeld de beide Wereldoorlogen, verwerkte hij in een gedicht. Hieronder het gedicht dat hij naar aanleiding van de Tweede Wereldoorlog schreef. Een dichtje over den laatsten oorlog 1. Wat heeft toch die mof ons ellende gebracht Vijf jaaren zaaten wij zoo onder zijn macht Ons landje verwoest en zoo veel nog vernield Wat heeft toch dat onmensch, die Hitier bezield. 2. Wij waaren voor vrede, wij zochten geen strijd Wij vonden hier welvaart door arbeid en tijd Wij bleven neutraal tot het uur van den dag Tot de mof in ons land viel wat niemand voorzag. 3. Hij heeft toen gemoord, geroofd wild en woest Op bevel van Adolf omdat het zo moest Zo ging het in ons landje door de wil van een gek (er staat: hek) Wij voelden toen honger en wij leden gebrek. 4. Het menschdom ging bedelen om wat voedsel in 't rond Vele uren aan zwerven tot dat men wat vond En die uren wanhoop, ellende en pijn. Dat schonk ons die Fuhrer, dat beestmensch, dat zwijn. 5. De mannen die werden naar Duitsland vervoerd Op vele manieren door de dood daar beloerd En de joden och arem, die zond men naar 't oord Waar duizenden door gas wreed werden vermoord. 6. Maar toch kwam de wens van Hitier niet uit Want daar in een klein landje werd zijn verwachting gestuit Zijn leger trokt terug met een angste gevaar En toen Adolf dat hoorde kreeg hij de koorts als een paard 7. De kroon van die gek viel toen in elkaar Wat hij nooit gedacht had gebeurde voorwaar Geen uitkomst meer ziende hij zat in de nood Toen schoot hij zichzelf en zijn Eva maar dood. 8. Zijn rijk is nu uit hier, hij is van de baan Met zijn bruid vertrok hij voorgoed naar de maan En Goering met die andere die volgen hem snel Die zien elkaar weer terug daarginds in de hel. 8

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1999 | | pagina 10