daarna haalt hij het weder in, en neemt het
geld er af. Daarna legt hij weder een kaartje
op, en schuift het weder naar buiten. Van bin
nen is er dan ook een handvatje aan. In het sta
tion zijn verschillende kamers. In de eene kamer
staan banken, waar je op zitten moogt, want je
moet gewoonlijk nog een beetje wachten. We
kregen ieder nog een broodje toen we in het
station waren. Een kwartier voordat de trein
komt wordt er gebeld voor kaartjes. We ston
den ongeduld naar alle kanten te kijken of de
trein niet kwam'.
'Buiten het station was het perron, daar was
water, anders zou de ketel springen. De machi
ne staat in een torentje, het water wordt door
een tuit in den ketel gepompt. De lijn waar de
trein op rijdt is zoveel mogelijk recht. De trein
rijdt over de rails. Deze zijn allemaal aan elkan
der geschroefd. Er zijn ook meer dan een lijn.
De treinen kunnen niet gauw tegen elkander rij
den. Want ze kunnen door wissels van de
eene lijn op de andere gebracht worden.
Als we bij Goes komen staat er aan de rechter
kant een prachtig buiten met een woonhuis.
Daar zijn veel boomen. De trein gaat ook tus-
schen boomen, dan neemt de trein ook een
Afb. 1. Panorama van
Wemeldinge, met de
Dorpsstraat. (Foto uit:
Groot-Rotterdam, 22
juni 1928).
een heel eind straat en aan den anderen kant
een klein hooger straatje. In de spoortrein of in
de wagons zijn verschillende klassen: 1ste, 2de
en 3de klas. In de 1ste klas zit je op kussens,
in de 2de zijn ook kussens, maar in de 3de
zijn er geen. Er zijn verschillende treinen, bij
voorbeeld goederentreinen, die vracht goede
ren r eenemen, soms zijn er wel 80 wagens
ac Een sneltrein rijdt heel hard. Hij houdt
maar bij enkele stations op, niet bij halten. Hij
neemt ook niet veel passagiers op. De station
beambte belt als de trein moet vertrekken, dan
fluit de chef en dan fluit de locomotief en de
trein rijdt weg. Bij het station Biezelinge neemt
hij water in want ze rekenen van Roosendaal
tot Vlissingen zodat Biezelinge het midden is.
Dat water wordt uit de grond gepompt, omdat
daar ook nogal goed water in de omtrek is. En
de trein houdt het niet lang vol zonder zoet
draai. Daar staat een groote paal, waarmede
men van 't station kan waarschuwen. Vroeger
was dat een groote boomgaard geweest, maar
het spoor is er door gelegd. In de wagens zijn
banken, ook zijn er in de eerste en tweede klas
kussens, maar in de derde niet. In de trein is
een noodrem, als je daar aan draait dan staat
de trein dadelijk stil. Die dat doet moet boete
betalen en hij wordt dadelijk eruit gezet, en als
hij dan nog langs den spoorweg loopt dan
betaalt hij ook nog boete. Aan de wagons zijn
portieren, waar je in of uitstapt. Als de trein ver
trekt dan worden die deuren toegeslagen, en
als daar je vingers tusschen zijn, dan zijn ze af.
Vele dorpen hebben een station, sommige niet,
bijvoorbeeld Kloetinge. Er staan ook soms
wachthuisjes, waar de trein ophoudt, bijvoor
beeld bij de Noordkraaiert, maar het is ook
een zeldzaamheid. Die huisjes staan bij de lijn
9