twee vakgenoten van de bruidegom op:
C.A.A. Kieckens, officier van gezondheid te
Fort Bath en J.H.L. Bource, operateur,
genees-, heel- en verloskundige te Rilland.
Verder een tweetal landbouwers: A. Blok
te Fort Bath en C. van der Weele te
Rilland. Het huwelijk wordt met een rijke
kinderschaar gezegend.
Zorg voor de minder bedeelden
'Ik was daar nogal bij velen een gezien
man, zoodat de stemgerechtigden mij tot
lid van den gemeenteraad kozen, en er toen
ook eene vacature in het burgerlijk armbe
stuur was, besloot men mij tot lid van dat
armbestuur te beroepen, dat ik wel wilde
aannemen als men mij tot voorzitter aan
stelde, dat ik daarom bepaalde, vele gebre
ken, die er in de armenzorg door mij gezien
werden, trachten wilde te verbeteren.
Zoo had den Secretaris den verkeerde
gewoonte de weduwen, die hem op straat
ontmoeten, en hem om eenig geld vroegen,
in zijn zak te tasten, om daaruit te nemen
dat gevraagd werd, een daad die ik met
geene goede administratie kan verstaan
baar achten. Om misbruik tegen te gaan,
verzocht ik den Secretaris voortaan geen
gelden meer aan de weduwen te geven ten
ware zij van mij een bon konden vertoonen,
die hij bewaren kon, om te bewijzen dat hij
op die wijze aan eene zuivere administratie
voldeed. Niet dat ik dien heer wantrouwde,
maar het was zoo maar eene losse goed
heid.
Zoo was er nog een grief, die den afgetre
den voorzitter zich aan misgreep, alle klee-
dingstukken die de weduwen en hunne kin
deren behoefden allen in den winkel te gun
nen, die door zijn dochter werd gehouden,
dat ik veranderde door elke winkelier die
levering op beurt te gunnen.'
Het is 1853. Jan Adam Geill is volledig
ingeburgerd in Krabbendijke en 'bij velen
een gezien man'. In de raadsvergadering
van 7 september 1853 wordt hij als lid van
de gemeenteraad geïnstalleerd. Omdat hij
goed om zich heen kijkt en ziet wat er alle-
Afb. 7. Het monsteren van weeskinderen tijdens de besteding. Tekening gemaakt door P.J.
Geill (zoon van Jan Adam) voor het boekje Jantje Fief uitgegeven in 1890.
16