De gemeente Reimerswaal
A. Kuiper
De huidige gemeente Reimerswaal
bestaat uit 5 voormalige gemeenten en
telt 8 kernen. De kernen zijn Kruiningen,
Hansweert, Krabbendijke, Oostdijk,
Rilland, Bath, Yerseke en Waarde. Verder
telt de gemeente enkele gehuchten,
Vlake, Gawege en Stationsbuurt. De
gemeenten Kruiningen, Yerseke, Rilland-
Bath, Krabbendijke en Waarde werden in
1970 samengevoegd. De kernen variëren
qua ouderdom. Zo zijn Rilland en Bath
betrekkelijk jonge dorpen die in de 18e
eeuw opnieuw gesticht zijn, terwijl bij
voorbeeld Yerseke, Kruiningen en
Waarde ontstaan zijn in de
Middeleeuwen.
Kr abbendij ke
In 1816 werden de gemeenten
Krabbendijke en Nieuwlande, ooit een
middeleeuws dorp dat in 1530 overstroom
de, samengevoegd tot de gemeente
Krabbendijke. De meeste tot Krabbendijke
behorende polders werden in de 16e en
17e eeuw ingepolderd. De laatste polder
die werd ingedijkt was in 1878 de
Karelpolder.
De eerste vermelding van Krabbendijke
werd gevonden in een akte van 1187. Rond
deze tijd vonden er bedijkingen plaats door
de Cisterciënsers (een kloosterorde). Het
Krabbendijke dat de monniken inpolder
den lag op een eilandje. De oudste delen
waren de Kerkpolder, de Strijepolder en de
Schoudeewaardpolder.
Deze bedijkingen waren omstreeks 1200
voltooid en er werden twee kloosterhoven
(grote landbouwbedrijven) gevestigd,
Oosthof en Westhof. Het middeleeuwse
dorp Krabbendijke is rond Westhof ont
staan. Door de Reformatie kwam er een
einde aan alle geestelijke bezittingen. Het
gebied kwam in handen van Vrouwe
Catharina van Nassau, douairière van
Schwartzborch. Eerder al was het gebied
door de St. Felixvloed in 1530 en latere
vloeden, onder water komen staan. Johan
Junius de Jonge, gouverneur van Veere
kocht dit gebied en begon met de bedij
kingen aan het eind van de 16e eeuw.
Deze bedijkingen werden in 1595 voltooid;
de Monniken-, Maags- en Nieuw-
Krabbendijkepolder kwamen toen tot
stand. In de laatste polder werd het nieu
we dorp Krabbendijke gesticht. In later
eeuwen had het gebied opnieuw met over
stromingen te kampen. In 1682 en in
1808 overstroomde de heerlijkheid. Ook
in 1906 liepen enkele polders onder
water.
De wereldoorlogen zijn Krabbendijke niet
zonder meer voorbijgegaan. In de Eerste
Wereldoorlog werden vele Belgische vluch
telingen opgevangen. In de Tweede
Wereldoorlog moest de hele bevolking naar
Zeeuws-Vlaanderen evacueren omdat
Krabbendijke in de frontlinie lag. In 1953
bleef het dorp gevrijwaard van het water.
Wel werden Gawege en Oostdijk zwaar
getroffen. Naast het Rampmonument her
innert ook de Johan Willem Frisostraat
aan de watersnoodramp. Deze straat is
genoemd naar de H-Compagnie van het
323ste bataljon 'Johan Willem Friso' uit
Oorschot, dat te hulp schoot in de februari
dagen van 1953. Van oudsher is
Krabbendijke een agrarische gemeente
met veel fruitteelt.
Kruiningen
Ook Kruiningen ontstond door de bedij
kingswerkzaamheden van de
Cisterciënsers. Het dorp kon na de over
stromingen die vanaf 1530 huishielden in
dit deel van Zuid-Beveland behouden wor
den. Van oudsher hoorden Hansweert en
een gedeelte van Oostdijk tot de gemeente.
Door de verbreding van het Kanaal door
Zuid-Beveland aan het eind van de 20e
eeuw verdwenen Hansweert-Oost en een
gedeelte van Vlake van de landkaart.
Hansweert kende vanaf 1866 een sterke
groei door de aanleg van het kanaal. Het
werd ook wel 'Klein Antwerpen' genoemd.
Hansweert ligt in de Oude Polder.
47