De Goese kaaiploeg
Ireen Schmid
Toen ik Ireen Schmid vroeg waarom hij dit artikel geschreven heeft was het antwoord kort en
duidelijk. Het was nu of nooit! Er zijn nauwelijks mensen die hun verhaal nog konden vertel
len. Een aantal gesprekken met de laatste overlevenden naast eigen herinneringen van Ireen
Schmid heeft de geschiedenis van de Goese kaaiploeg voor de vergetelheid weten te behoeden.
(Hugo de Potter).
het zou toch nog geruime tijd duren eer een
ophaalbrug nieuw leven in de haven toe
zou laten.
Inwoners van Goes, die zich nog weten te
herinneren dat de havenkom regelmatig
vol lag met vrachtschepen zijn er hoe lan
ger hoe minder en van degenen die met
hun handen en hun rug de goederen over
sloegen van het schip naar de wal en omge
keerd is nagenoeg niemand meer in leven.
Gesprekken met enkele overlevenden heb
ben het op de valreep mogelijk gemaakt
dat dit stukje over de kaaiploeg geschreven
kon worden.
In de vooroorlogse tijd werd een groot
gedeelte van de goederen die nu over de
weg worden vervoerd, met schepen op de
plaats van bestemming gebracht. Beurt
schepen bijvoorbeeld van Rotterdam naar
Goes v.v. waren er verschillende en deden
enige malen per week Goes aan. Deze sche
pen vervoerden voornamelijk stukgoede
ren. Het laden en lossen ervan werd ver
zorgd door de schipper met
zijn personeel en walknech-
ten. Lange tijd loste men de
schepen op de Grote Kade, op
het gedeelte tussen Koning
straat en de Blauwe Steen,
maar nadat de brug was
gebouwd vonden stukgoede
ren hun plaats op de J.A. van
de Goeskade. Op het met kin
derkopjes geplaveide gedeelte
van de wal stonden de goede
ren soms dagenlang opgesla
gen totdat ze bezorgd of opge
haald werden. Gelabelde
vaten en kratten, tonnen en
zware kisten, onzichtbare
geheimzinnige zaken onder
met touwen omwikkelde zei-
De welvaart heeft de oude haven van Goes
weer doen vollopen met schepen; met ple
ziervaartuigen wel te verstaan, want voor
vaartuigen met een nuttige lading is het
daar verboden vaarwater. Behalve de oude
schuit met Sinterklaas heeft sedert 1939
geen enkel vrachtschip het oude centrum
van Goes meer aangedaan. Niet alleen een
verbod hield de schepen daar weg, het was
fysiek onmogelijk er te geraken. In de jaren
dertig had het stadsbestuur het besluit
genomen de haven af te sluiten met een
stenen brug, waar alleen nog een kano of
roeiboot onderdoor kon. De havenkom, die
voordien bruiste van activiteit werd een
dode, steeds meer vermodderende stads
gracht, die 's winters bij gladheid gevaar
opleverde en 's zomers danig stonk, zodat
zelfs enige tijd serieus in overweging werd
genomen de boel maar te dempen en
schoonheid te offeren voor nut, en er
kortom een parkeerterrein van te maken.
Zover is het gelukkig nooit gekomen, maar
Afb.l. De 'klapbank' J.A. v.d. Goeskade 1931.
Collectie Museum Goes).
7