N.S.B.-burgemeester Siemons
Twee maanden na de gevangenneming van
burgemeester Van Horsigh, op 17 maart
1944, werd Charles Josephus Laurentius
Marie Siemons, geboren 1 mei 1916 te
Goes, door de Rijkscommissaris benoemd
als burgemeester van 's-Heerenhoek. Hij
kreeg van de bevolking de bijnaam Jan
Surrogaat. Nog geen zes maanden is hij in
functie geweest. Door de nadering van de
geallieerden begin september 1944 sloegen
veel N.S.B.-ers en collaborateurs op de
vlucht. Siemons vluchtte op Dolle dinsdag
5 september 1944 uit de gemeente. Na de
oorlog was hij gedurende lange tijd gedeti
neerd in het Fort te Ellewoutsdijk.
Het bestuur na de oorlog
's-Heerenhoek werd op 30 oktober 1944
bevrijd. Pas op 28 november 1944 werd
door de Commissaris der Koningin een
waarnemend burgemeester benoemd in de
persoon van mr. Dr. A.J.J.M. Mes, burge
meester van Heinkenszand. Tot die tijd
nam wethouder Albregt Menheere het
ambt van burgemeester waar. Deze had
dat ook gedaan na de arrestatie van burge
meester Van Horsigh op 9 januari 1944. Bij
de bevrijding van 's-Heerenhoek verkeerde
Van Horsigh nog steeds in gevangenschap.
Burgemeester Mes bleef waarnemer te 's-
Heerenhoek tot de terugkeer van Van Hor
sigh op 1 juni 1945.
Tijdelijke gemeenteraad
Op 12 april 1945 was door de regering te
Londen vastgesteld het Besluit Tijdelijke
Voorziening Gemeenteraden. Op grond van
dat besluit werden noodgemeenteraden
ingesteld. Daartoe werd door de Commissa
ris der Koningin, op aanbeveling van de
burgemeester, die zich daarbij moest laten
adviseren door een commissie, een kiescol
lege van 21 personen benoemd. Dat college
koos de tijdelijke gemeenteraad. Zowel de
kiesmannen als de door hen voorgestelde
kandidaten voor het lidmaatschap van de
raad, moesten personen zijn die geacht
werden het vertrouwen van de inwoners der
gemeente tijdens de vijandelijke bezetting te
hebben behouden of verkregen. Het kiescol
lege werd op 23 juni 1945 in de volgende
samenstelling benoemd: Adriaan van den
Dries, Kees Verdonk, Hubrecht Vermue,
Albrecht Remijn, Frans Dekker, Adriaan
Janse, Adriaan de Jonge, Paul Paree,
Frans van den Bulck, Martien Paree, Wil
lem Raas, Pieter de Jonge, Frans Koole,
Kees Westdorp, Eduard de Moor, Dignus
Vette, Willem Maat, pastoor A. Kramer,
Johannes Duijvestijn, Cornells Verhaar en
Albrecht van den Dries.
Door dit college werd een lijst met de vol
gende elf namen van kandidaten voor de
tijdelijke gemeenteraad in deze volgorde
opgesteld: Piet Raas, Lau Traas, Kees Ver
donk, Adriaan van den Dries Jzn., Albrecht
Remijn Pzn., Frans Dekker, Piet Bos, Pie
ter de Jonge Bzn., Jan de Winter, Albrecht
van den Dries Dzn. en Dignus Vette.
Van de zes raadsleden die op 19 augustus
1941 in functie waren staan er drie op deze
lijst, te weten Piet Raas, Kees Verdonk en
Adriaan van den Dries. De andere drie
leden uit de raad van 1941 ontbreken op de
lijst uit 1945: Jan Martens, Toon Faes en
Albregt Menheere. Jan Martens bleef tot
het aantreden van de tijdelijke raad in
augustus 1945 als wethouder in functie.
Toon Faes was vervangen door Lau Traas.
(In 1954 kwam Toon Faes overigens in de
raad terug). Albregt Menheere nam in
april 1945 als wethouder ontslag.
Op 9 juli 1945 werden de eerste zeven per
sonen van de kandidatenlijst tot lid van de
tijdelijke gemeenteraad benoemd. Drie
benoemden: Adriaan van den Dries,
Albrecht Remijn en Kees Verdonk namen
hun benoeming niet aan. Ook Jan de Win
ter en Albrecht van den Dries die vervol
gens werden benoemd, aanvaardden hun
benoeming niet. Dignus Vette, de laatste
van de lijst, deed dat wèl. Uiteindelijk
bestond de toen geformeerde gemeenteraad
dus maar uit zes in plaats van zeven
leden, te weten: Piet Raas, Piet Bos, Pieter
de Jonge Bzn., Frans Dekker, Lau Traas
en Dignus Vette. Zodoende zat slechts één
raadslid van voor de oorlog, Piet Raas, in
de tijdelijke gemeenteraad. De eerste ver
gadering van de tijdelijke raad vond plaats
op 25 augustus 1945. Piet Raas en Piet Bos
werden tot wethouder gekozen.
23