Boekindruk
P.J. van Cruyningen, Behoudend maar buigzaam. Boeren in West-Zeeuws-Vlaanderen 1650-
1850. Uitgegeven als nr. 28 in de serie "Bijdragen tot de geschiedenis van West-Zeeuws-
Vlaanderen" van de Heemkundige Kring West-Zeeuws-VLaanderen.(Aardenburg, 2000).
De promovendus* stelt dat het 19e eeuwse
West-Zeeuws-Vlaanderen een gepolari
seerde samenleving was.
Het doel van zijn dissertatie is te onderzoe
ken welke factoren hierbij een rol gespeeld
hebben. De schrijver stelt dat de basis voor
de latere gepolariseerde samenleving
gelegd is rond 1650. In 1648 was bij de
Vrede van Munster een eind gekomen aan
de oorlog met Spanje. Het verwoeste deel
van West-Zeeuws-Vlaanderen kon weer
ingedijkt en in cultuur gebracht worden.
Welke factoren gaan, volgens de schrijver,
de toekomst van deze polders bepalen?
Volgens hem zijn het er een 5 tal:
- De jonge polders zijn zeer geschikt
voor akkerbouw.
- Veeteelt is bijna onmogelijk door
gebrek aan goed drinkwater.
- De aanwezigheid van afzetmarkten in
Vlaanderen, Holland en Zeeland.
- De waterwegen maken goedkoop ver
voer naar de afzetmarkten mogelijk.
1650
B 1700
Achterhuis!
[Voor
phuis
Keuken H
Gang]
Kamer
- De bedrijven moeten minimaal 15 tot
20 HA groot zijn in verband met ren
dabel gebruik van (3) paarden op de
zware zeeklei.
Het is aan de boeren, die zich in de nieuwe
polders vestigen om uitgaande van deze
gegevens een rendabel bedrijf op te zetten.
Ze kwamen vooral uit Noord-Frankrijk,
Vlaanderen en de Zeeuwse en Zuid-Hol
landse eilanden. De meesten van hen
beschikten over landbouwkundige en com
merciële vaardigheden. Bovendien leerden
ze in de nieuwe polders doelmatig omgaan
met de beschikbare middelen en leerden ze
risico's nemen.
Perioden van economische voorspoed wer
den afgewisseld door perioden van tegen-
C 1750
Achterhuis
lk
Opkamer
Gang
Keuken "i
r Kamer
D 1850
Achterhuis
Opkamer
Keuken ~T
ir Kamer
Afb. 1. Ontwikkeling van het West-Zeeuws-Vlaamse boerenhuis.
33