Afb. 4. Fragment
uit de brief van de
kerkenraad aan de
classis van 10 juli
1742. (Zeeuws
Archief, archief
Classis Zuid-Beve
land, inv.nr. 100).
- M* Ov-j> r
siLo *- - tJ-isutsrtStr&K- - i a
Jil#<2- e. <3^ Hn44~e-.
-fsl*C -(dJ-<u) 'Sssis o-fc-J*- 'U^vi'ff
&/c- '2.- -C <-<V Cf-t- e+i
fivasï&*êc.? e*-tz- C-Jtr. Mé-v&f
cts-é-^è) j*e*x- ■J^-<X-ês£j-
t/x q q t.~./ -t^A ig*t~
-7/-eéi-A
/f'C C 1
weduwe van ds.Harinck geweest en toen
deze naar Heinkenszand was vertrokken,
in de pastorie gebleven. De twee grotere
jongens van Sara Quinten waren ook naar
het dorp gekomen en hadden om te begin
nen in de herberg wat van hun vrienden
opgetrommeld. Ze ruiken als het ware
spektakel. Al snel zijn er wel vijftig men
sen voor de pastorie verzameld en er wordt
geroepen en geschreeuwd. Het komt zelfs
tot fysiek geweld. De predikant schrijft
daarover aan de classis op 8 mei: '...ende
wanneer mijn vrou voor de deur kwam ende
vroeg hoe zij zoo tierden en raasden, zoo
kwam er een, met name Jacobus Quinten,
die mijn vrou met een stok op de linker
borst stiet, zoo dat zij nog pijn daar aan
heeft ende de blauwe plek nog kan vertoond
worden des noods zijnde.'
Men was in Oudelande ondertussen al wat
gewoon, maar zonder twijfel zal de toege
stroomde menigte zich er aan vergaapt
hebben. Om te beginnen zijn het alleen de
echtgenote en de vader van de dominee die
zich op de stoep hebben gewaagd, '...en roe
pende laat er dien duvel (dominee Cunel)
maar uit komen, wij zullen hem de herssens
inslaan.' Dat is er niet van gekomen.
'...ende als de katte was uitgelaten was het
gewelt maeken gedaen'. De bewoners van
de pastorie hebben tegenover de overmacht
het onderspit gedolven. De familie Quinten
keert - met de kat - voldaan huiswaarts. In
het dorp en in de herberg zal er wellicht
nog even nagepraat zijn.
Aanklacht bij de classis
Als op zondag 29 april er opnieuw geen
mogelijkheid geweest is om een normale
kerkdienst te houden, zien de leden van de
kerkenraad er geen gat meer in om de pro
blemen op te lossen. Ze wenden zich tot de
Classis van Zuid-Beveland met een klacht
over de predikant. De classis vergadert op
woensdag 2 mei in Ovezande. Drie leden
van de kerkenraad, met als woordvoerder
de ouderling Hubrecht Remijnse, verschij
nen voor de vergadering om een toelichting
te geven. Uiteraard is het gebeuren van de
vorige avond, wat een beeld geeft van de
gespannen verhoudingen in het dorp, mede
onderwerp van gesprek. De classicale ver
gadering, overtuigd van de ernst van de
situatie, wijst een tweetal predikanten - de
ervaren C.Lopsse en zijn jongere collega
D.Buijt - aan, die als gedeputeerden belast
worden met onderzoek ter plaatse.2' Er
moet snel gehandeld worden, vandaar dat
12