Een strijd om f 0,60 schoolgeld Was de gemeente Kapelle kleinzielig of principieel, of alleen maar halsstarrig? G.J. Lepoeter Gedurende de jaren zeventig van de negen tiende eeuw stond in de gemeente Kapelle het onderwijs en de hiervoor noodzakelijke voorzieningen in het centrum van de belangstelling. De gemeentescholen, zowel in Kapelle als in Biezelinge, verkeerden in een erbarmelijke toestand en waren drin gend aan een volledige vernieuwing toe. Onder druk van de omstandigheden kwam de gemeente er toe om tegelijkertijd twee nieuwe scholen te bouwen en nieuw in te richten. In november 1878 werden ze fees telijk in gebruik genomen. Het gemeente bestuur had zich er diep voor in de schul den moeten steken, maar gezien de tekst van het verslag over het jaar 1878 was er wel sprake van enige trots: De schoolmeu- belen, welke bij denbouw der scholen bijna allen nieuw gemaakt zijn, bevinden zich allen in eenen zeer goeden staat. Zooveel mogelijk wordt zorg gedragen, dat er niets ontbreekt; de scholen zijn dan ook van alles behoorlijk voorzien.' Maar er moest nu in het onderwijs wel op de kleintjes gelet worden. Dirk Boogert en zijn gezin Het arbeidersgezin van de 28-jarige Dirk Boogert, man, vrouw en vier jonge kinde ren, was in 1877 vanuit Goes naar Bieze linge gekomen. Vanaf maart 1878 bezocht het oudste kind Leendert (geboren 8 febru ari 1872) de school in Biezelinge. Vader Boogert betaalde hiervoor het vastgestelde schoolgeld van 0,60 per maand.11 Blijk baar waren de ouders er op gesteld dat de kinderen zodra het kon naar school gingen, want vanaf juni 1878 werd Leendert verge zeld door zijn zusje Adriana (geboren 10 september 1873).21 Gezien zijn beperkte middelen kreeg Dirk Boogert toestemming van de gemeente om te volstaan met het betalen van 0,60 per maand aan school geld, ook nu twee van zijn kinderen de school bezochten. Vanaf januari 1979 bleef Dirk Boogert ech ter in gebreke om het schoolgeld te betalen. In april zou er gezinsuitbreiding komen en dat was in financieel opzicht een extra belasting. Op zich begrijpelijk, ook voor het college van burgemeester en wethouders. Dirk Boogert had evenwel een fout gemaakt. Hij was in maart niet op de daar voor bestemde zitdag verschenen om beleefd om gratis onderwijs voor zijn kinderen te vragen. In principe, zo besloot het college van burgemeester en wethouders, mogen de kinderen vanaf 1 maart 1879 gratis de school bezoeken, maar éérst moet er over de maanden januari en februari betaald wor den: zoo hebben wij besloten, daar hij op voormelde zitdag niet geweest was om te vra gen of zijne beide kinderen de school gratis mogten bezoeken, hen den toegang tot de school te ontzeggen tot dat hij het achterstal lige schoolgeld over de maanden Januari en Februari zou betaald hebben.'3) In juni 1879 betaalde Dirk Boogert een bedrag van 0,60, de helft van het bedrag dat hij naar de mening van de gemeente nog verschuldigd was. Niet voldoende, alvorens de kinderen weer op school moch ten komen moest ook het resterende bedrag betaald worden. De Commissaris des Konings Dirk Boogert was niet de doorsnee arbeider die zich door de hoge heren alles liet opleg gen. Integendeel, hij nam het risico volledig uit de gratie te raken en deed over de opstel ling van de gemeente Kapelle zijn beklag bij de Commissaris des Konings, die zich op zijn beurt met zijn brief van 25 juli 1879 tot het college van burgemeester en wethouders wendde. De commissaris deed het verzoek ernstig te willen overwegen of er voldoende reden is om onder zulke omstandigheden kos- telooze toelating op de openbare school te wei geren.' Het antwoord van de gemeente, gedateerd 22 augustus, was uitvoerig, maar burgemeester en wethouders hielden voet bij stuk: niet betalen, dan ook geen gratis onderwijs voor de kinderen. Het was tegen het zere been bij de commis- 9

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2002 | | pagina 11