Kinderen W.P. den Toom Het ongewenst zwanger zijn en het beschikken over onvoldoende financiële middelen kon vroeger kleine drama's tot gevolg hebben. In onze tijd met voorbe hoedmiddelen en betere sociale zorg is zoiets minder goed te begrijpen. In die tijd leverden dergelijke problemen echter veel verdriet en ellende op. Dit bewijzen de vol gende voorvallen uit de 18e eeuw zoals die opgetekend staan in de rol van Criminele Zaken in Goes. Sara Blaesse Kuijpers was in 1732 dienst meid in het Manhuis te Goes. Ze had de laatste tijd van verschillende mensen te horen gekregen dat het leek alsof ze zwan ger was, hetgeen ze steevast ontkende. Op dinsdag 21 juni 1735 was haar bed opge schud en onder het stro was toen een dood pasgeboren jongetje gevonden. De boreling werd door de stadsdoctoren en chirurgijns onderzocht; zij constateerden dat het kind dood geboren was. Het kind was echter zo gekwetst, dat het anders ook zou zijn over leden. Sara was hem ondertussen gesmeerd en zij was de volgende dag ver dronken gevonden in de westelijke stads vest. Bij onderzoek van haar lichaam bleek dat ze recentelijk bevallen was. Dit gevoegd bij haar ontkenning van zwanger schap en de geconstateerde verwondingen van het geboren kind leverde voldoende bewijs op dat ze de bedoeling had het kind te doden. De eis luidde dat ze op een horde naar het galgenveld zou worden gesleept en dat ze daar in een mik zou worden opge hangen tot het lichaam verteerd zou zijn V Protesten van familie en vrienden zorgden er voor dat dit harde vonnis niet ten uit voer werd gebracht. Volgens een herzien vonnis moest ze in een kist onder de galg worden begraven na daarheen gesleept te zijn. Dirck Aarnoutse van den Berge wordt ons geschetst als een man die alles tegenzat. Hij had diverse beroepen uitgeoefend; zijn vrouw was overleden en hij zag geen kans zijn kinderen te onderhouden. Hij vertrok op 2 februari 1725 uit de stad Goes en liet zijn kinderen zonder verzorging achter. Het enige dat hij deed was een brief schrij ven aan zijn schoonzuster Maria Schalcke, waarin hij meedeelde dat hij naar Holland vertrok en vandaar naar Oost-Indië. Maria Afb. 1. Het uitspreken van een menson waardig vonnis als hangen aen een micke anderen ten exempele' was vroeger niet ongebruikelijk. Vooral bij zelfmoordenaars is een dergelijk vonnis regelmatig te vinden. De betrokkene op de afbeelding is Evaraert Claesz., geboren in 'Tyelborch buyten Breda'. Hij had zichzelf in de gevangenis het 's Gravensteen van Zierikzee verhangen. Deze illustratie is ontleend aan: J.Th. de Smidt en M.P. de Bruin - Beeldend recht. Tekeningen bij strafvonnissen uit Zierikzee (16e-18e eeuw), Middelburg 1965, p.636, vonnis nr.19, d.d. 12 september 1562. 6

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2002 | | pagina 12