teerd persoon te verkrijgen.' Er was geen tijd te verliezen. Al in de Goesche Courant van vrijdag 15 juni 1866 werd een adver tentie geplaatst. Voor de HBS was er tevens de noodzaak om nog een tweetal andere leraren aan te trekken. Een leraar tekenen, tevens bekwaam om als bouwkun dige op te treden, kwam evenwel niet opda gen. Dirk de Koning dient zich aan Adverteren in een aantal elders in het land verschijnende bladen lag nu voor de hand. Dit leverde welgeteld zeven reacties op. 6) De keus was niet moeilijk. Er was namelijk maar één sollicitant die vrijwel geheel aan de eisen voldeed. Dit was Dirk de Koning te Rotterdam. Zijn sollicitatie was kort en krachtig. In zijn brief gaf hij op voorhand aan dat hij nog niet in het bezit was van het noodzakelijke diploma om het tekenon derwijs op een volledig bevoegde wijze te kunnen geven. Zijn voorstel was daarom de benoeming 'tijdelijk' te maken, totdat hij het hiertoe vereiste examen had afgelegd.7' Voor het overige was hij 'als bouwkundige reeds sints 4 jaren belast met het geven van onderwijs in gezegde vakken der tee- kenkunde'. Zijn referenties waren uitstekend. Hij stuurde getuigschriften mee van J.F. Metzelaar, J.P.A. Frangois en H. Comelder, verder een admissie als landmeter en tien stuks tekeningen van zijn hand. Al zijn de getuigschriften niet tussen de archiefstuk ken teruggevonden, hieruit is wel met een grote mate van waarschijnlijkheid te con cluderen dat Dirk de Koning zijn opleiding had genoten in de afdeling B van de Acade mie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen te Rotterdam. De getuig schriften van Metzelaar en Frangois, bei den als docent aan de academie verbonden, wijzen in die richting en zullen zonder twij fel van groot belang zijn geweest. Vanaf het adres van architect Metzelaar ver stuurde hij zijn brieven naar Goes. De rela tie tussen Metzelaar en Dirk de Koning zal dus tamelijk nauw zijn geweest. 8' De aanbeveling van de commissie van toe zicht op de scholen voor het middelbaar onderwijs was duidelijk: benoemen 'tot lee- raar in het hand- en regtlijnig teekenen' de heer D.de Koning. Dit onder voorwaarde dat hij in het volgend jaar met goed gevolg het vereiste examen zou afleggen. In de raadsvergadering van 10 augustus 1866 vond de benoeming op de vastgestelde jaar wedde van 600,- plaats. Ook de benoe ming tot bouwkundige in dienst van de gemeente kreeg in dezelfde vergadering zijn beslag. De jaarwedde hiervoor bedroeg 800,-. De ingangsdatum werd op 1 sep tember 1866 gesteld. Met zijn brief van 14 augustus bevestigde Dirk de Koning de beide benoemingen te aanvaarden. Het tekenonderwijs De grootste urgentie om Dirk de Koning naar Goes te halen was de dringende nood zaak om de vacature voor leraar hand- en Afb. 6. Een zestal leraren van de HBS tweede van rechts Dirk de Koning. Foto 26 juli 1871. Collectie GA Goes. 12

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2002 | | pagina 18