hoogteligging van de nu aanwezige grond zou dit kunnen bevestigen. Een zelfde situatie is terug te vinden in het oostelijke gedeelte van de Oude Vreelandpolder. Ook hier is de dijk niet meer terug te vinden, maar wel een lokale verhoging in de polder. Argumenten voor de locatie van de dam Voor de plaats van de dam zijn een aantal mogelijkeheden. Ie De oostelijke polderdijk van de Siguitpolder lag op die plaats het kortst bij de polder Hoe- dekenskerke en zou op deze plaats de zuidelijke Zwaakegeul afdammen. De geomorfologische kaart laat overigens geen onderbreking in het geulpatroon zien. In de Siguitpolder is de rest- geul nog nauwelijks visueel vast te stellen, in de Slabbekoornpolder daar en tegen is de geul nog duidelijk waar te nemen. 2e Het kan ook zijn dat de Siguitpolder pas tot stand is gekomen na de aanleg van de dam, die dan meer westelijk moet hebben gelegen.Deze polder had een sluis, waardoor de polder Hoedekenskerke en de Grote Reinoutpolder hun oppervlaktewater loosden in de Zwaake. De naam Siguit is van deze uitwateringssituatie afgeleid.De tweede afdamming van de geul door de aanleg van de Siguitsedijk kan alleen dan plaatsvinden als de geul is verzand. 3e De dam kan ook ter hoogte van de 'neus' in de Oude Vreelandpolder zijn gesitueerd. Toen deze dam was doorgebroken bracht een omleiding van de dijk de 'neusvorm' in de dijk van de Oud Vreelandpolder. Omdat hier niets van een weel is te bekennen, zou dit erop kunnen wij zen dat de dam gewoon is weggedrukt. Het ontbreken van een spoelgat (weel) zou er op wij zen dat aan de oostzijde nog geen Slabbekoornpolder aanwezig was. Een dam heeft alleen zin gehad als daarmee de zuidelijke Zwaake-arm werd afgedamd, nog voordat de Siguitpolder was bedijkt. De dam moet dan op een zo gunstig mogelijke locatie zijn aangelegd, daar waar het de geringste overspanning betrof. Afb. 3. Inpolderingen tegen de dam en inundatie van het eiland. 25

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2003 | | pagina 27