«liiiiJK iiinrni
Exempel van 1.1.
HEINKENSZAND
vader van Keesje was. Kort voor de moord plaatsvond had zij slaande ruzie gehad met haar
man, die haar voor hoer uitgescholden had en haar in duidelijke termen verklaard had dat
hij zijn oudste kind als een 'hoerenjong' beschouwde. 'Ga jij maar bij je hoerenjong liggen' had
hij gezegd. Stel dat een verhouding tussen haar en een vreemde man alleen bestaan had in
het brein van Visser - dan moet zo'n opmerking diep in haar ziel gesneden hebben.
Een voorname factor, die in het artikel van Midavaine niet naar voren is gekomen, is dat zij twee
maanden zwanger was. Dat was niet aan haar verdediger ontsnapt, want hij heeft aan Dr.Schil-
ham, die als deskundig getuige was geroepen, de vraag gesteld: 'wanneer er in zwangerschap
door eene vrouw een daad wordt gepleegd en als gevolg daarvan eene storing volgt, volgt er dan
een tijd, dat zij berouw heeft en zich dat herinnert of wel volgt daarop een periode, dat zij zich de
daad niet herinnert'. Maar Dr. Schilham moet hierop het antwoord schuldig blijven.
Dr.Teeling, die Catharina in de gevangenis onderzocht heeft was tot de conclusie gekomen
dat Catharina 'geen enkele afwijking of storing in de geestvermogens vertoonde'. Inderdaad,
gepleegd te
In den nacht van 13 op 14 Juni 188?'.
Wijze: Colijn enz
Uit laatst vermelding der courant,
Heb ik exempel uitgenomen,
En stel dit ieder hier ter band,
Hoe ver een gruweldaad kan komen.
Bekend die daad door stad en land
Ach wien moet hier niet schrikken beven.
Een kind zoo gruwelijk aangerand.
Gelijk wij uit vermelding lezen.
Gewekt dit kind uit zijne slaap.
En wel dit door de stem der moeder,
Merk op hoe zij tot het kind genaakt
Keen.niet als eenen kindermoeder.
Wat hoort ze op die wekking daar,
Daaruit dat kinderen mondje vragen.
Aanhoort ontzettend zulks niet waar,
Door kindsche woorden dit te vragen.
"Wellicht die vraag zeer kalm en koen
Om daar zoo vroeg uit bed te komen.
Moedertje wat moet ge met mijn doen
Onwetend nog die vraag te toonen.
Afb. 1. Een pamflet over de 'afschu
welijke kindermoord in de nacht
van 13/14 juni 1887.
(Eig. P. Harthoorn).
30
