gebrachte reiszak had gedaan, vertrok hij naar huis. Hier verstopte hij het spek in de spinde. Nog diezelfde avond ging hij naar Goes, waar hij het zilveren hoofdijzer met gouden stukken en twee gouden spelden aan Maatje Nagelkerke, kashoudster te Goes, te koop aanbood. Omdat van het paar gouden hoofdstukken een stukje was afgebroken en de gouden spelden krom waren, gaf Maatje niet meer dan eenen twintig gulden en veertig cent. Op 26 mei 's morgens om vier uur overleed Leuntje Kuilenbroek zonder bij kennis te zijn geweest. Nog diezelfde dag werd op last van de officier van justitie te Goes door Johan Wilhem Hecking, Teunis Pieterse heel- en vroedmeester te Goes en Francois Severans lijkschouwing gedaan. Eveneens diezelfde dag doorzochten burgemeester Daniel Noppens van 's-Gravenpolder, geas sisteerd door de gerechtsdienaar Lookma, de veldwachter G. Witte en de jachtopzie ner L. van der Hoofd tevergeefs de Zwaakse Weel op zoek naar de knuppel die als moordwapen was gebruikt. Hendrik had gezegd dat hij deze op weg naar huis hierin had gegooid. In Hoedekenskerke werd de 46-jarige en uit België afkomstige strodekker Cornelis de Weerdt in hechtenis genomen. Hij werd ervan verdacht mede plichtig te zijn. Op 12 juni 1826 oordeelde de Rechtbank van eersten aanleg in Goes echter dat hij niet schuldig was en drie dagen later mocht hij het Huis van Arrest verlaten. Het proces Op 12 juni 1826 werd de zaak tegen Hendrik Antonise verwezen naar het Hoog gerechtshof in Den Haag. Daar werd beslist dat het proces bij het Hof van Assisen in Middelburg plaats moest vinden. Hendrik werd naar de provinciehoofdstad overge bracht, waar op 6 juli het gerechtshof de zaak tegen hem behandelde. Zes getuigen waren opgeroepen, te weten: buurvrouw Jacoba Loof (huisvrouw van Jacob de Groote), dochter Janna de Jonge (weduwe van Pieter Kloosterman), zoon Janus Janse de Jonge, Maatje Nagelkerke (huisvrouw van Pieter Machielse), Daniel Noppens (burgemeester van 's-Gravenpolder) en Johannes Heckart (gemeenteraadslid te 's-Gravenpolder). Tijdens de rechtszitting bleek dat Hendrik Antonisse op het dorp geen al te beste reputatie had. Nog die zelfde dag deed de rechter uitspraak en werd Hendrik Antonisse schuldig ver klaard aan 'moedwilligen doodslag met voorbedachten rade en onmiddellijk opge- Afb. 2. Kwadendamme met midden-boven Langeweegje (Collectie GA Borsele.) 27

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2003 | | pagina 29