opbrengst van het land gebruikt moest worden voor een jaarlijkse uitdeling van brood of geld aan de armen en het houden van een mis op de sterfdag van de 'fonda- teur'. Op die manier, zo geloofde men, bleef de nagedachtenis aan de erflater 'ten eeu wigen dage' bewaard. In de overlopers vin den we zulk land tot diep in de 18e eeuw aangeduid als jaargetijdeland. Willem Wisse heeft dit voor een deel van zijn land gedaan, maar zijn bezittingen waren zo waardevol dat er meer mee gedaan kon worden. Hij dacht bijvoorbeeld aan het beschikbaar stellen van een studiebeurs voor jongelui die geestelijke wilden worden. Daarom besloot hij dat een belangrijke por tie van het land als één pakket bij elkaar moest blijven en dit in de familie moest blijven. In zijn testament nomineerde hij de erfgenaam van dit goed en legde hij de voorwaarden vast waaraan deze zich zou moeten houden. Ook bepaalde hij hoe in de toekomst de erfopvolging geregeld zou moe ten worden. Dat gaf de beste kans dat de gebruiker van het land aan alle gestelde voorwaarden zou voldoen. Dit hield o.a. in dat het land niet gedeeld of verkocht mocht worden, omdat het anders in korte tijd ver spreid zou raken. Om zeker te zijn dat de familieband met de erflater zou blijven bestaan werd bepaald dat steeds 'de oudste van het geslacht' als zogenaamde 'posses- seur' van het goed aangesteld zou worden. Deze regeling was geen origineel idee van Willem Wisse, want het werd in zijn tijd vaker toegepast en de nakoming van de voorwaarden werd algemeen gerespec teerd. Land waarop zo'n belasting rustte werd 'gaandeland' genoemd. Toen na de reformatie bepaalde kerkelijke aspecten, zoals het lezen van missen en het subsi- dieëren van kapelaans, niet meer pasten in het nieuwe bestel, vervaagde ook het onderscheid tussen jaargetijdeland en gaandeland en werden de termen soms door elkaar gebruikt. Willem Wisse had dus alles tot in de punt jes geregeld. Helaas schijnt hij zich niet bewust te zijn geweest van het feit dat het na verloop van enige generaties steeds moeilijker zou worden om uit te maken wie nu precies 'de oudste van zijn geslachtwas. Het is dan ook diverse malen voorgekomen dat daar onzekerheid over bestond en aan gezien het om een belangrijk bezit ging, lie pen de disputen zo hoog op dat Schout en Schepenen van 's-Heer Arendskerke en zelfs de rechters van het Hof van Holland er aan te pas moesten komen. De nalaten schap van pastoor Wisse was belangrijk genoeg om voor te vechten en dat is precies wat sommige nakomelingen gedaan hebben. Als historische onderzoekers hebben wij hiervan kunnen profiteren. Als alles zonder problemen op rolletjes verlopen was kenden wij nu waarschijnlijk alleen de naam van Willem Wisse van zijn grafzerk. Door zijn testament en de uitvoering daar van is een tunneltje naar het verleden gecreëerd, waardoor wij toegang hebben ver kregen tot genealogische en topografische gegevens, die nergens anders te vinden zijn. Wie was Willem Wisse? Om iets te begrijpen van de wijze waarop de erfenis verdeeld werd, moeten we ons eerst verdiepen in zijn persoon en naaste familie. De naam Wisse komt al vroeg in Zeeland voor. In een oorkonde van de abdij ter Doest uit het jaar 1189 worden al een 'Hugo et Thidric filii Wiszonis' vermeld.5' In de index op de persoonsnamen die voor komen in de 14e eeuwse grafelijkheidsre keningen van Holland, Zeeland en Hene gouwen, staan ruim vijftig personen met de naam Wisse in diverse spellingen zoals Wijsse, Wiskijn, Wiskin, Wissekijn en Wisso. Als familienaam komt Wisse nog steeds overal in Nederland'voor, maar wel het meest in Zeeland, waar bij de volkstel ling van 1947 niet minder dan 974 gezins hoofden met die naam werden aangetroffen in 56 gemeentes. De naam Wisse is ook bewaard gebleven in de namen van twee dorpen op Noord- en Zuid-Beveland. De stichter van de kerken van Wisse(n)kerke is ongetwijfeld een Wisse geweest. De naam schijnt vroeger in alle lagen van de bevolking gebruikt te zijn, want behalve de personen die ongetwijfeld tot de bezittende klasse behoorden, lezen we ook namen als 'Wisse die coepman', 'Wisse de zagher' en 'Wisse Willemss molenaar'. Het veelvuldig voorkomen van de naam maakt het moeilijk 16

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2004 | | pagina 18