Boekindruk
1719 op de wagen van
Jan Glerum met bij zich
een zak waarin een ton
netje zat, gevuld met
sterke drank. Toen ze bij
het huis van de Staten-
collecteur van de brande
rijen, Willem
Timmermanse, waren
gekomen, kwam deze
naar buiten met de
vriendelijke vraag of
Claas het tonnetje wilde
aangeven. Deze weigerde
zodat Glerum hem beval
van de wagen af te gaan,
waarop Claas met het Afb. 2. Dorpsstraat Wemeldinge in de 18e eeuw. (Collectie GA
tonnetje wilde doorlopen. Goes.)
Timmermanse probeerde
dat Claas te verhinde
ren, waarop deze zijn mes trok en hij
dreigde daarmee te steken.
Claas moest voor het gerecht verschijnen,
waar de geschiedenis uit de doeken werd
gedaan. De verdediging stelde dat Claas
inderdaad een tonnetje bij zich had gehad.
Niemand had echter onderzocht of er
haring, zoute vis of oesters in zaten. De
verdachte was echter niet verplicht te ver
tellen wat er in het tonnetje zat.
Omdat de collecteur hem gedreigd had met
een spanhamer de hersens in te slaan was
Claas genoodzaakt geweest zijn mes te
trekken. Hij had echter geen ander wapen
en had zich verdedigend opgesteld: hij was
niet de aanvaller!
De eiser stelde dat Claas zich niet erg mee
gaand had opgesteld en wilde hem bestraf
fen met geseling, verbanning voor 12 jaar
en tot het betalen de kosten van het proces.
De uitspraak luidde: verbanning voor 25
jaar en betaling van de proceskosten.
Opm.: Een Statencollecteur was de ontvan
ger van de accijnzen in dienst van de Staten
van Zeeland. Hij inde de belasting op b.v.
sterke drank,
Bron:
Raze 1575, folio 18.
Schone welbetimmerde hofstedenBoerderijbouw in Zeeland van de tiende tot de
twintigste eeuw. Een uitgave in samenwerking met de Stichting Historische Boerderij -
Onderzoek door P.J. van Cruyningen. Uitgeverij Matrijs, Utrecht 2002. ISBN 90 5345 220 6.
Dit boek is in de boekhandel verkrijgbaar voor 29,95.
In zijn inleiding stelt de schrijver dat,
vooral in Zeeland, veel aandacht besteed is
aan de agrarische geschiedenis, maar in
vergelijking met de rest van Nederland veel
minder aan de boerderijen. De schrijver
vindt dit jammer. Vandaar o.a. dit boek.
Hij stelt dat: 'meer kennis over de ontwik
kelingsgeschiedenis van de gebouwen zal
leiden tot een sterker besef van het cul
tuurhistorisch belang van de oude Zeeuwse
30