Reacties van lezers
Van de heer C.D. van Noppen ontvin
gen wij een reactie op het artikel:
'Om enig goud en zilver'.
Het blijkt dat er in het artikel twee maal
een verkeerde tenaamstelling van de bur
gemeester van 's-Gravenpolder staat. Het
betreft namelijk niet Daniel Noppens,
maar Daniel van Noppen. Dit is overigens
geen 'fout' van de schrijver. Men was in het
begin van de negentiende eeuw niet altijd
even consequent in de notatie van namen,
ook niet in officiële stukken. Uit de gene
alogie van Noppen, die komend voorjaar
verschijnt, nog enkele gegevens over de
burgemeester:
Daniel van Noppen, boer, schout te
's-Gravenpolder en rond 1830 burgemees
ter van 's-Gravenpolder. Geboren op 27-09-
1785 te 's Gravenpolder, getuigen Apollo-
nia van Noppen en Jacobus Stevens,
overleden 12-04-1852 te 's Gravenpolder.
Gehuwd met Wilhelmina Haverhoek. Van
de 13 kinderen zijn er 10 jong overleden.
Daniel was boer en woonde op de boerderij
'Plantlust' aan de huidige Provinciale weg
in de Bordewagenhoek. Hij was schout te
's-Gravenpolder en reeds vanaf de inwer
kingtreding van het 'Reglement op het
bestuur ten plattelande in de provincie
Zeeland', van 23 juli 1825, burgemeester.
Krachtens artikel 17 van dit Reglement
werden de burgemeester, de assessoren en
de raadsleden voor zes jaar gekozen. De
aftredenden waren terstond herkiesbaar.
Burgemeester van Noppen is dan ook in
1832, 1838 en 1844 herkozen, en definitief
afgetreden op de 2e januari 1850. Hij is dus
24 jaar burgemeester van 's-Gravenpolder
geweest.
Van Gerard Uijt de Haag, ontvingen
wij het volgende bericht:
'Getroffen door de mooie foto van het
medaillon op de klok uit 1484 in de stad
huistoren in Goes van een paus, op de bin
nenzijde van de Spuije, aflevering 60, win
ter 2003, is ondergetekende aan de slag
gegaan om wat nadere informatie in te
winnen.
De pauslij st1' geeft als 211, de paus Sixtus
IV aan. Hij heette eigenlijk Francesco
Delia Rovere, geboren te Celle, bij Savona,
in 1414 en overleden te Rome op 12 augus
tus 1484.
Een beschrijving over deze paus2' geeft uit
gebreid verslag van hem, vooral over zijn
laatste levensjaren.
Wat blijkt: 'Een vroegere studiegenoot, de
dominicaan Andreas Zamometic, sedert
1476 aartsbisschop van Granea, keerde
zich vanaf 1480 tegen de misstanden aan
het pauselijke hof; zijn poging om het
Concilie van Bazel te heropenen (1482) en
de paus te doen veroordelen, mislukte o.a.
door gebrek aan medewerking van keizer
Frederik III'. Sixtus liet deze persoonlijke
triomf door Botticelli vereeuwigen in een
fresco in zijn kapel, de beroemde Sistina
(Sixtijnse Kapel) en vaardigde opnieuw het
verbod uit te appelleren op een algemeen
concilie (1488). Wegens zijn grootscheepse
opdrachten en uitgaven voor de stad Rome
kreeg hij de eretitel 'Instaurator Urbis'
(=Inrichter van de Stad).
Tot zover de informatie met betrekking tot
deze paus.
Vervolgens van bladzijde 409 onder Six
tijnse Kapel het citaat: 'De kapel een recht
hoekige, ruim 20 m hoge zaal, is versierd
met wandschilderingen door o.a. Botticelli'
(en anderen) 'de 28 pausafbeeldingen tus
sen de vensters zijn van de hand van
Botticelli (en anderen). De inwijding van de
kapel vond op vrijdag 15 augustus 1483
plaats. Op Maria Hemelvaart dus.3'
Een vergelijking met de foto's van de paus
in het prachtige boek4' geeft geen pasklare
oplossing welke paus wordt afgebeeld op
het medaillon, doch met vrij grote zeker
heid durf ik te stellen dat de afgebeelde
paus, de eerste paus, dus Petrus is. Want
op een foto5' staat mijn inziens dezelfde
persoon afgebeeld. Hij omklemt hier echter
een paal'.
Aan de redactie van de Spuije heeft de heer
9