Drie Jongens op een Schip den. Voor de gemeente Wissenkerke was deze mededeling aanleiding om een uit gebreid onderzoek naar de (bij)verdien- sten van de eigen veldwachter in te stel len, waarbij men tot de conclusie kwam dat een salaris van 500,- nodig was om onafhankelijk te kunnen leven.2l) In de periode 1875 tot 1920 zouden nog vele salarisverhogingen volgen. Onmiddellijk na de Eerste Wereldoorlog verdiende een Noord-Bevelandse dorpsveldwachter jaarlijks 900,-. Hierbij kwam nog een Afb. 3. De dorpsveldwachter in zijn tenue: boekomslag van een boek van Jacob Stampe- rius (Wilhelminadorp 1858-Zeist 1936), jeugdboekenschrijver die van 1893-1903 onderwijzer in zijn geboortedorp was. Dit boek speelt in het dorp en draait om de bele venissen van dorpskinderen: de Drie Japen. Het omslagontwerp is van Jan Sluyters. onkostenvergoeding voor kleding, bewa pening en medische bijstand, die geza menlijk 100,- tot 150,- bedroeg.22' Een tweede factor die het werk van de veldwachter ongetwijfeld eenvoudiger maakte, was de uitbreiding van het gemeentepersoneel in de loop van de negentiende eeuw dat taken van de veld wachter overnam. Het was in sommige plaatsen gebruikelijk dat de veldwachter tevens optrad als gemeentebode, ontvan ger van zowel gemeente- als armbestuur, havenmeester en zelfs keurmeester van vlees. In de tweede helft van de negentiende eeuw zouden deze functies de een na de ander door andere personen worden overgeno men. Vanaf 1856 werden de dorpsveld wachters bijgestaan door rijksveld wachters. Op Noord-Beveland was één rijksveldwachter gestatio neerd. Zijn taken bestonden onder meer uit het surveilleren inzonder heid ten platten lande, het waken tegen bedelarij en landlooperij, het toezigt op vreemdelingen, de bewa king van het jagtveld en de vissche- rij en het in bewaring nemen van zwervende, beschonkene en verlaten personen,23) Daarnaast kon hij, in geval van een vacature, tijdelijk het ambt van dorpsveldwachter vervullen. Als laatste factor moeten we wijzen op de verbetering van het oplei dingsniveau van de veldwachters. Werd in het reglement van 1829 slechts geëist dat de man kon lezen en schrijven, in de plaatselijke ver ordeningen uit het begin van de twintigste eeuw werd de educa tieve lat hoger gelegd. Het bezit van een politiediploma was in som mige gemeenten voorwaarde om als veldwachter te kunnen worden benoemd. De gemeente Colijns- plaat gaf veldwachters die het lan delijk examen voor het politiedi ploma met succes hadden afgelegd, zelfs een jaarlijkse toelage van 150,-.24) door J. STAMPERIUS UITGEVERSMAATSCHAPPIJ E. J. BOSCH Jbzn. BAARN 28

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2004 | | pagina 30