Izaak Ovaa, bodemkundige (1920-2004) Ad Beenhakker Het gebeurde op het Nehalenniacongres in Middelburg in 1971. Het ochtendpro gramma was nogal uitgelopen en de dag voorzitter verzocht de laatste spreker, ing. I. Ovaa, of hij zijn lezing wilde bekorten en afronden. 'Nee hoor, meneer de voorzitter', zei Ovaa, 'ik maak eerst mijn verhaal af, en hij ging onverstoorbaar door. Dat was typisch Ovaa: je maakt je werk zorgvuldig en volledig af en je laatje daarbij niet aflei den. Izaak Ovaa was één van de bekendste bodemkundigen die in de tweede helft van de twintigste eeuw in Zeeland hebben gewerkt. Hij is op 24 mei 2004 in Goes overleden, 84 jaar oud. Levensloop In zijn jeugd zag het er niet naar uit, dat Izaak Ovaa nog eens een wetenschap pelijke loopbaan zou kiezen. Hij werd op 15 mei 1920 geboren aan de Rammekensweg in Ritthem. Zijn vader had een gemengd landbouwbedrijf en het lag voor de hand dat Izaak dat bedrijf zou overnemen. Na de lagere school kwam hij dan ook bij zijn vader op de boerderij. In de winter volgde hij, zoals dat bij boerenzoons gebruikelijk was, diverse land- en tuinbouwcursussen. Maar toen kwam de inundatie van Walche ren. Op 7 oktober 1944 werd de zeedijk bij Rammekens door een bombardement ver woest, waardoor de Zuidwatering van Wal cheren in één nacht onder water liep. Het bedrijf van vader Ovaa, dat niet ver van het dijkgat was gelegen, werd daarbij geheel verwoest. Na de bevrijding moest de jonge Ovaa dus voorlopig ander werk gaan zoeken. Dat vond hij als meetassistent bij de Dienst Landbouwherstel. Toen aange vangen werd met een bodemkartering van Walcheren ten behoeve van de herverkave ling, kwam hij in dienst van de Stichting voor Bodemkartering (Stiboka). Dit werk beviel hem, en hij maakte gretig gebruik van de studiefaciliteiten die Stiboka hem bood om zich in de bodemkartering te bekwamen. Het studieresultaat mocht er zijn. Hij beëindigde de opleiding als tweede van de groep; de eerste vijf werden door Stiboka in vaste dienst aangenomen. Later zou Ovaa op grond van een door hem gemaakte scrip tie de titel van register-ingenieur (ing.) verwerven. Als beginnend bodemkundige had hij de omstandigheden mee: de bodem kartering van Walcheren, onder leiding van J. Bennema en K. van der Meer, is één van de meest gedetailleerde en uitvoerige karteringen van Nederland geweest en het resultaat is nog altijd van groot belang voor de kennis van Zeeland. In 1955 verhuisde Ovaa met zijn gezin van Walcheren naar Goes, waar het districts kantoor van Stiboka was gevestigd. Na de stormramp van 1953 werden vele bodem- karteringen uitgevoerd ten behoeve van de diverse her- en ruilverkavelingen. Ovaa werkte hieraan mee, vooral op Zuid- en Noord-Beveland en in Zeeuws-Vlaanderen, en hij verzorgde met zijn collega's ook de rapportages over deze onderzoeken. Toen in 1965 het boek Be bodem van Zeeland' verscheen, de toelichting bij blad 7 van de Bodemkaart van Nederland, was Ovaa, met ir. P. van der Sluijs en ir. G.G.L. Steur, één van de auteurs. Hij bleef in Zee land werken. Verzoeken om naar het hoofdkantoor van Stiboka in Wageningen te komen heeft hij altijd afgewimpeld. Ovaa's belangstelling strekte zich ook ver der uit. Vanuit zijn jeugd had hij een gron dige kennis van het boerenbedrijf, en deze kwam hem te pas bij enkele onderzoeken naar de mogelijkheden van grondverbete ring, die hij samen met J. Kodde uitvoerde. Groter nog was zijn belangstelling voor de geschiedenis en de archeologie van Zee land. Vooral de toestand van Zeeland in de Romeinse tijd en de moernering boeiden hem. Vandaar ook zijn bijdrage 'Het land schap van Zeeland in de Romeinse tijd' aan het reeds genoemde Nehalenniacongres in 1971 (verschenen in Archief van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1971). 18

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2004 | | pagina 20