Gedeputeerde Staten van Zeeland en als
honorair lid en voorzitter van de raad
Jacobus Cornells van den Broecke, medici-
nae doctor te Middelburg. Vogels van
diverse pluimage, maar wel een select
gezelschap.
In artikel 1 van de statuten werd het doel
van de vennootschap weergegeven: 'den
meekrapwortel op de meest doelmatige
wijze tot handelsartikel te bewerken, met
den daaraan verbonden handel.'
Artikel 2 luidde als volgt: 'De eerste fabriek,
daartoe vereischt, wordt gesticht te Goes, en
zal den naam voeren van Zuid-Beveland.'
Het was de bedoeling om na verloop van
tijd, behalve de fabriek Zuid-Beveland, nog
één of meer andere fabrieken te stichten.
De bouw van de fabriek was door Otto Ver
hagen begroot op 100.000,- terwijl het
benodigde bedrijfskapitaal werd gesteld op
200.000,-. Het maatschappelijk kapitaal,
verdeeld in 300 aandelen, bedroeg
300.000,-. De maatschappij trad in wer
king met een bedrag van 180.000,-.
Op 10 mei 1852 waren er bij 30 aandeel
houders in totaal 130 aandelen geplaatst.
Het bestuur van de maatschappij werd
opgedragen aan Otto Verhagen, hoofddirec
teur (tevens directeur van de eerste
fabriek) en Johannes Fransen van de
Putte, administrateur. Dr. Salomon
Bleekrode werd als adviseur voor de werk
tuigkundige en scheikundige aspecten aan
het bestuur toegevoegd.
Er was, meer dan gebruikelijk, gedacht
aan de arbeiders die in de fabriek tewerk
gesteld zouden worden. In artikel 35 van
de statuten lezen we dat, na uitkering
van 7% over het gestorte kapitaal, een
deel van de overwinst gestort zou worden
in een fonds, bestemd voor 'de bevorde
ring van den zedelijken en stoffelijken toe
stand van de arbeiders van de maatschap
pij. '21>
De fabriek Zuid-Beveland
De voorbereidingen voor de bouw van de
fabriek, gesitueerd op de oostelijke oever
van het havenkanaal, begonnen direct na
de oprichting van de maatschappij. Op 6
september 1852 werd door de voorzitter
van de raad, dr. J. C. van den Broecke, 'de
eerste ijzeren kolom met voetstuk van hare
eerste fabrijk gezet, ter hoofdplaats Goes
van het eiland Zuid-Beveland'. Een in
fraaie bewoordingen opgestelde oorkonde
herinnert er aan.22)
In 1853 was er in de fabriek, die toen
gedeeltelijk gereed was, voor het eerst
sprake van productie. In het jaarverslag
van de gemeente Goes lezen we erover:
'Eene fabriek van verbeterde meekrapberei
ding genaamd Zuid-Beveland, welke zich
alleen heeft kunnen bepalen tot het maken
Afb. 8. Gezicht op Goes vanuit het noorden. Links vooraan de gebouwen van de garancinefa-
briek 'Zuid-Beveland', rechts de huidige J. A. van der Goeskade. Aquarel omstreeks 1860,
toegeschreven aan G. Braam. (Collectie GA Goes.)
10