en het publiek geen aandeelen meer wenscht, om reden dezelve niet te allen tijde verkoopbaar zijn?' Met twee stemmen voor, een onthouding en een stem tegen besloot men aan de algemene vergadering voor te stellen om de maatschappij te liquideren. De algemene vergadering werd gehouden op 12 juli 1901. Er waren zestien aandeel houders aanwezig die, inclusief volmach ten, dertig aandeelhouders vertegenwoor digden. Bij elkaar hadden die 107 aandelen met 71 stemmen. Hoeveel aandeelhouders er in totaal waren is niet bekend. Er kon den in deze vergadering geen rechtsgeldige besluiten genomen worden, daarvoor moest 75% van het kapitaal vertegenwoordigd zijn. Dat waren 340 aandelen. Lenshoek gaf wel een toelichting op het voorstel. De geringe belangstelling voor de aandelen zou onder andere door de hoge rentestand komen. Dus 'acht hij den tijd voor liquidatie, vooral ook met het oog op de huidige landprijzen en den gunstigen toe stand der landerijen gekomen'. Er werd een volgende vergadering uitgeschreven voor 25 juli, daar zou een gewone meerderheid van de aanwezige stemmen voldoende zijn. Op die vergadering was De Laat de Kanter wegens ziekte afwezig. Hij zou enige tijd later overlijden. Waarnemer, en later opvolger, was D. Stigter 'leraar te Amster dam'. Er waren nu 109 aandelen aanwezig, goed voor 93 stemmen. Nadat eerst het dividend over het boekjaar 1900/1901 werd vastgesteld op ruim 3,75%, nam men het voorstel tot liquidatie met algemene stem men aan. De onroerende goederen zouden publiek verkocht worden. De bestuurders die hiermee belast werden zouden 10% van de opbrengst boven pari ontvangen met een minimum van 2.000,-. Tot slot werd er een commissie ingesteld die toezicht zou houden op de gang van zaken. De afrekening Op 12 mei 1902 werd de laatste vergade ring van de Zeeuwsche Landmaatschappij gehouden. Er waren slechts zeven aanwezi gen, waaronder de drie commissieleden: J. Oele, P. Koeman en I.D. Fransen van de Putte. Zij brachten verslag uit.131 Eerst over het gewone beheer. Het bleek mogelijk een dividend uit te keren 'gelijkstaande met 4,24%, een resultaat hetwelk dat van alle voorgaande jaren overtreft, wat dank baar mag worden opgemerkt' Vervolgens kon er 'ingewijd in de geheimen van deze administratie' verslag gedaan worden van de liquidatie die een 'onver wacht voordeelige afwikkeling' kende. De boekwaarde van de bezittingen van de maatschappij bedroeg namelijk 253.950,17, terwijl bij verkoop nu 322.308,84 ontvangen was. Dat komt neer op een stijging van de grondprijs van ongeveer 1.000,- per hectare naar 1.250,-, hetgeen goed overeenkomt met het prijsverloop in figuur 2. Daarbij valt op dat vooral de door Lenshoek ingebrachte boerderijen in 's-Heer Arendskerke veel meer opleverden dan ze gekost hadden. De winst was bijna 50%. Ook de hoeve te Elle- woutsdijk gaf ruim 40% winst. Na aftrek van het aandeel voor de liquidatoren bleef er voor de aandeelhouders 64.742,58 over. Dat kwam overeen met een vermo genswinst per aandeel van 28,58%. De commissie was zeer tevreden met het resultaat dat 'voor een goed deel mag wor den toegeschreven aan de bijzonder milde stemming voor landerijen, welke in de laat ste jaren in toenemende mate is waargeno men kunnen worden'. Maar ook de oordeel kundige wijze waarop de veilingen hadden plaatsgevonden speelde een rol. De voorstellen om het dividend en de opbrengst van de liquidatie uit te keren werden aangenomen. Waarna, 'constate rende dat de Zeeuwsche Landmaatschappij na veel succes ten bate van de aandeelhou ders, nu heeft opgehouden te bestaan', de voorzitter de vergadering sloot. Nabeschouwing De korte periode dat de Zeeuwsche Land maatschappij heeft bestaan overziende kan men niet zeggen dat de doelstellingen bereikt zijn. Opgericht voor, in eerste instantie, een periode van 49 jaar, werd hij al na zeven jaar geliquideerd. Er werd wel wat grond gekocht en er werden enkele boerderijen gevormd die, in de ogen van de bestuurders, een ideale omvang hadden. Het onder bereik brengen van stukjes land 33

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2005 | | pagina 35