Afb. 6. Detail van de kaart van de heerlijkheid Baarland, Bakendorp en Oudelande, meetkundig opgenomen door Geerard Schaaleven in 1745, gekopieerd door Zacharias Drubbels in 1779. de kerkenraad stelden zij op 2 april een officiële verklaring op over de dronken schap van de predikant.17' Meer aan de hand dan alleen dronken schap De schulden die dominee Van Toll maakte, stapelden zich meer en meer op. 'Het is ergerlijk', zo verklaarde de kerkenraad, 'dat den gemelden predikant zig selven bui ten staat heeft gebragt om een ider het sijne te komen geven gelijk als er verschelde bur gers en ingesetene van Baarlant souden kunnen aangetoont werden die den gemel den heer al menigmaal met leugens heeft gepaaijt, en nog niet weten hoe te geraken aen haer gerant.' Zo was er Janus de Vrieze, die al in 1736 de bibliotheek van de predikant en de trouwjurk van diens vrouw in onderpand had gekregen voor zijn vorde ring van 'over de hondert pont Vis' (meer dan 600,-). Janus de Vrieze wilde niets liever dan de zaak vereffenen. Daar was evenwel geen mogelijkheid voor. Jaarlijks ontving de diaconie een uitkering uit het zogenaamde legaat Porrenaar. Dit werd via de classis aan de predikanten van de gemeenten die ervoor in aanmerking kwamen, uitbetaald. Dominee Van Toll hield dit geld onder zich en slechts met de grootste moeite was hij te bewegen om het aan de diaconie over te dragen. Vandaar dat de kerkenraad tot de classis het ver zoek richtte om het voortaan 'aen den ker kenraad of aen een van de nabuirige predi kanten te geven.'ls> De verslaafdheid aan sterke drank en de in hoofdzaak daaruit voortvloeiende finan ciële perikelen waren kwalijk, maar veel ernstiger nog was een ander facet van de 10

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2006 | | pagina 12