Afb. 2. Völckerdorp in 1920, (Uit: Rilland, Bath enMaïre,
Gemeente Reimerswaal.)
getijhaven dat wil zeggen, dat het peil van
het water in de havenkom te maken heeft
met eb en vloed en dus een behoorlijk hoog
teverschil heeft. Bij eb kwam de haven
praktisch droog te staan alsmede de voor
liggende buitenkil. Bij opkomend water lie
pen de buitenkil en de haven vol zodat de
schepen konden uitvaren en de volgeladen
buitengaats wachtende schepen konden
binnenvaren. Niet geladen schepen konden
vanwege hun geringe diepgang bij lage
waterstand toch de haven bereiken. Van
wege de getijhavens werden speciaal platte
vissersscheepjes gebouwd, zoals de hoog
aars en de hengst.
Deze haven was de zesde in de reeks van
de zeven havens van Woensdrecht. Bij
iedere bedijking werd de haven enkele hon
derden meters is westelijke richting opge
schoven. De spuikom werd ondermeer
gebouwd om de vaargeul van de haven en
een gedeelte van de buitenkil op diepte te
houden.
Dan komt eindelijk het doel van de reis in
zicht, de verwachtingen zijn hooggespan
nen, en kan het dorpje, bekend van foto's
en ansichtkaarten in ogenschouw genomen
worden: Völckerdorp. genoemd naar zijn
bouwer H.G.J. Völcker van Soelen is een
prachtig voorbeeld van noblesse oblige. Een
enclave in de polders ver weg van dorp of
gehucht. Zó verwacht je het: een achttien
tal mooie woninkjes met een stukje grond
voor de verbouw van groenten en het hou
den van een varken voor de landarbeiders
en hun gezinnen. Verder
is er een school, een kerk
en een winkel voor de eer
ste levensbehoeften. Wat
kon je als landarbeider in
die tijd nog meer verwach
ten?
De eerste aanblik levert
een desillusie op. Geen
romantische huisjes met
goed onderhouden tuintjes
die breed in het groen
staan. Geen geluiden of
beelden van spelende kin
deren, geen klassikaal
onderwijs of het gezang van een kerkkoor.
De school en de kerk zijn er niet meer, de
huurhuisjes zijn verkocht. De gemeente
Reimerswaal toont geen enkele belangstel
ling en laat het dorp links liggen. Het lijkt
wel een vrijplaats waar iedere bewoner zo
maar zijn gang kan gaan, niet gehinderd
door enig voorschrift. Het is een slordig
dorpje geworden.
De geschiedenis vertelt dat Hendrik Ger
ard Johan Völcker, heer van Soelen, Alden-
berg en Voorst in 1862 huwde met Eleo-
nore Anna, barones van der Duijn, nazaat
van Adam F.J.A. graaf van der Duijn van
Maasdam en hierdoor de eerste heer van
Hinkelenoord werd. Hij toonde zich een
actief man en staat te boek als de bedijker
van de Damespolder, de Anna Mariapolder
en uiteindelijk de Völckerpolder.
De dadendrang van Hendrik G.J. Völcker
blijkt uit het gegeven dat nadat de Anna
Maria- en Damespolder net waren droogge
legd, hij opnieuw een concesssie aanvroeg.
Deze keer voor het schorrengebied ten wes
ten van genoemde polders. Alhoewel de
schorren er nog niet rijp voor waren, werd
op 23 augustus 1902 concessie verleend tot
inpoldering van de Völckerpolder. De toe
stemming had te maken met de niet opti
male ontwatering van de Damespolder.
Met de inpoldering van 208 hectaren werd
voortvarend begonnen. Er werkten veel
arbeiders uit de omgeving maar ook van
verder weg, uit Antwerpen en omstreken.
De mensen moesten hard werken en de
20