1872/79 1880/84 1885/93
Afb. 2. Het verloop van de grondprijzen in Nederland per provincie in de periode 1872-1893.
(Uit: A. Venema, Proeve eener berekening van de koopwaarde der gronden bij den landbouw
en veehouderij in gebruik, De Economist 46 [1897] 850.)
De ontvangers
En dan de ontvangers. Dat Kortgene, waar
Abraham Vader baljuw was in 1819 diens
jongere broer Willem voordroeg voor de
functie van gemeenteontvanger van
Kortgene is toch wel HET schoolvoorbeeld
van akelige familiebegunstiging! Dat lijkt
inderdaad zo op het eerste gezicht. Maar
schijn bedriegt. Het inkomen van Kortge-
nes gemeenteontvanger bedroeg 4% van de
opbrengst, het was dus wisselend. In die
jaren was het in de orde van 30,- per jaar.
Voor de schatrijke Willem Vader, die in
1818 de buitenplaats 'Sorgwijck' met bos
en hoeve had gekocht en een vermogen had
verdiend aan het inpolderen van de Soele-
kerkepolder had een extra inkomen van
30,- per jaar, of een veelvoud daarvan,
geen enkele betekenis. Niet Willem ontving
een gunst maar de gemeente Kortgene!
Baljuw Abraham wist zijn jongere broer te
overreden bij al zijn baantjes ook dit er nog
29