Afb. 1. Resten van de putten ontstaan door moernering bij Oud-Rilland. (Foto Pieter Jan Kole.) wenen dorpen en boerderijen, bloot komen te liggen. Onder leiding van de enthousiaste gids Dicky de Koning, coördinator veldwerk van de AWN begaf het gezelschap zich op het slik. Het was zeer laag water, zodat er een grote oppervlakte voorhanden was. Het werd een tippel van ruim vier kilometer. Veel is er door de stroming van de Schelde en de activiteiten van schatgravers ver dwenen, maar Dicky kon de mensen wijzen op resten van een boerderij, een kelder, palen van afrasteringen en resten van de 'weervisserij'. Heel duidelijk was het ver loop van vroegere wegen, sloten en een dijk te zien. Enerverend waren vooral de resten van de moernering. Gave vierkante veldjes en put ten, waarin de spadesteken, gezet in de middeleeuwen, te zien zijn. Alsof de turf stekers net waren vertrokken. Dit alles terwijl de zeekastelen van en naar Antwerpen op korte afstand van ons langs voeren. Vanuit Antwerpen eerst recht op je af, dan na een haakse bocht verder. Mede door het mooie weer, een prachtige middag. 37

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2007 | | pagina 39