Afb. 3. Lange Vorststraat in Goes, 1910. (Collectie Gemeentearchief Goes.)
over na', zei Lena Bruinzeel, waarop ze
naar Poepe Mietje vertrok. Een week later
kwam ze terug en informeerde of ze al over
haar vraag had nagedacht. Weer kreeg ze
te horen dat het niet kon vanwege de aan
staande bevalling. Toen kwam Lena met
haar plan op de proppen. Ze zei dat ze het
kind aan haar zou kunnen afstaan. Ze ging
trouwen en in een huisje in Kattendijke
wonen. Ze zou beter voor het kind kunnen
zorgen dan zij. Janna van Wijngaarde, die
erbij was, kon dit alleen beamen. Elke dag
zou ze op bezoek mogen komen. Helena
antwoordde dat er nog tijd genoeg was,
waarop het gesprek ten einde was. De
week daarop bracht Lena een kinder
hemdje, een hemdrok, een luier, twee kin
dermutsjes en twee mofjes bij haar.
Toen Lena Bruinzeel op zondagmorgen
8 april om half tien voor de vierde maal bij
Helena de Laat aanklopte werd de deur
door haar moeder geopend. Ze zei dat ze
niet binnen kon komen omdat Lena net
was bevallen. Daarop ging Lena naar
Poepe Mietje om later in de middag naar
het Manhuis terug te gaan. Het kostte
haar niet veel moeite om Helena te overre
den het kind aan haar af te staan. Ze wik
kelde het in haar schort en ging ermee op
pad. Zoals eerder geschreven ontmoette ze
op de Kattendijksedijk Janna en samen lie
pen ze terug naar de hofstede. Daar werd
het kind voorlopig in de bakkeet gelegd in
afwachting van het moment dat het 'gebo
ren' kon worden. Verschillende malen die
avond ging Janna ernaar kijken en het viel
Lena's vader op dat ze zo vaak naar buiten
ging. Toen hij ernaar vroeg zei Janna dat
ze pijn in haar buik had en steeds naar
achter moest.
Toen Lena's ouders om negen uur naar bed
waren gegaan, werd het kind uit de bak
keet gehaald en bij Lena gebracht. Janna
waste het en kleedde het aan met kleertjes
die Lena's moeder had gekocht. Om te doen
lijken dat Lena echt bevallen was, gooide
Janna een emmer water om en dweilde het
vervolgens weer op. In de dagen na de
bevalling legde ze natte doeken op Lena's
borst om haar ouders langs die weg in de
waan te brengen dat het zog uit haar bor
sten was gelopen.
28