Afb. 2. Het jachthuis
in 1903, met de
ambachtsheer in de
deuropening naar het
terras. (Collectie
mevrouw J. van Dijk
van 't Velde.)
Door de beide graven tegen elkaar uit te
spelen konden de Zeeuwse ambachtsheren
hun onafhankelijkheid lang behouden.
De eerste vermeldingen over de ambachts
heren van Kloetinge stammen uit het begin
van de dertiende eeuw. Na verloop van tijd
verliezen de ambachtsheren toch een deel
van taken (rechten) o.a. de rechtspraak en
de belastinginning. In de Franse tijd (1795-
1813) worden de heerlijke rechten afge
schaft. Na een gedeeltelijk en tijdelijk her
stel van een aantal rechten verliest de
ambachtsheer in 1848 iedere vorm van
regeermacht. Wat rest zijn de enkele 'heer
lijke rechten' in de vorm van zakelijke
rechten, bijvoorbeeld: het weiderecht of het
recht van overpad.
Vervolgens wordt de geschiedenis van het
Jachthuis en de buitenplaats behandeld.
Het eerste ambachtsherenhuis stamt uit de
tweede helft van de achttiende eeuw en
was gelegen aan het Kerkplein tegenover
de kerk. In 1843 kwam het huis in het
bezit van de familie Clottenbooke Patijn,
het werd in 1880 verkocht en een jaar later
afgebroken.
De familie had daarvoor al zijn intrek
genomen in het in 1871 gebouwde Jacht
huis. Het huis was niet bestemd voor per
manente bewoning maar diende als buiten
huis (o.a. in het jachtseizoen). In 1922
kwam het via vererving in het bezit van de
moeder van de huidige eigenaresse. In
1984 werd Mevrouw Van Dijke van
't Velde-Rademacher Schorer ambachts
vrouw van Kloetinge.
De eerste vermeldingen van de buiten
plaats Kloetinge stammen uit 1731-1748
en 1769. Het bestond uit het oorspronke
lijke huis en koetshuis, waar steeds meer
werd aangebouwd en waar stukken grond
aan werden toegevoegd. De buitenplaats is
niet ontstaan uit het naastgelegen Jacht
huis. Het heeft zich sinds 1731 zelfstandig
ontwikkeld tot de huidige buitenplaats.
Veel aandacht wordt besteed aan de vroe
gere bewoners, waaronder opvallend veel
predikanten waren. In 1895 kwam de bui
tenplaats in het bezit van de familie
Lenshoek.
In 1916 werd de oude pastorie aangekocht
(het geboortehuis van de oprichter van het
39