Militair in 1785 en 1786
W.P. den Toom
Als je de twee verhalen van de soldaten
Jan Hollestelle en Johannis Hofman verge
lijkt met de opleiding "Vrede en veiligheid',
die leerlingen van het VMBO vanaf de
tweede klas heden ten dage volgen en de
reclame die daarvoor gemaakt wordt, dan
ontdek je dat er in de ruim tweehonderd
jaar die er tussen zitten heel wat is veran
derd in het militaire beroep. Op zestien- en
zeventienjarige leeftijd kom je nu in de
vooropleiding in de kazerne in Oirschot. Er
zijn zo'n 6000 vacatures en als je na die
eerste kennismaking de opleiding tot sol
daat volgt en je gaat naar het buitenland,
dan krijg je een stevige bonus. Voorwaar
een mooi vooruitzicht voor ieder die het
avontuur en hulp verlenen aan anderen
hoog in het vaandel heeft. Dat het ook ver
keerd kan aflopen wordt meestal maar op
de achtergrond gehouden.
Dan is het soldaat worden uit armoede, en
het verlaten van je post in de achttiende
eeuw geheel andere koek.
Willemien de Ruijter uit de vorige afleve
ring van de Spuije verschijnt ook nog even
ten tonele.
Jan Hollestelle was in 1785 uit Goes ver
trokken met achterlating van zijn kind,
zonder daarvoor een goede verzorging te
hebben geregeld. De regenten van het
weeshuis hadden de kleine daarom opgeno
men. Jan was militair geworden en was
met enige weken verlof in de stad terugge
keerd om het kind van kost en kleren te
voorzien. De heren regenten hadden hem
laten ontbieden, maar Jan had de onbe
schaamdheid gehad aan de diender te ant
woorden: 'So Soo dat Compliment neem ik
van u niet Aan; De Heeren weeten waar ik
ben en Konnen mij daer vinden.'
Justitie wilde zulke feiten gestraft zien,
omdat ze strijdig waren met de natuur en
de wetten van het land.
Afb. 1. Ganzepoort. (Collectie Gemeentearchief Goes.)
10