ie Bataljon richtten zich in de omgeving
an Breskens in. Het 2e bataljon bleef
ils reserve in Watervliet aan de Belgisch-
Nederlandse grens.
Het materiaal van het regiment werd in
e gevechtstrein en de goederentrein mee-
.evoerd. De gevechtstrein bestond uit 55
vrachtauto's en bestelwagens onder leiding
an de kapitein Champy. Beladen met
reserve)munitie, radio's, voedsel en ander
aelangrijk materiaal. Tijdens de verplaat-
ing volgde die de voorhoede en bij de ver-
ediging moest ze de eenheid op een zo kort
mogelijke afstand verzorgen. Maar door
iet gebrek aan transportcapaciteit tijdens
ïe verplaatsing naar Nederland vervoerde
e gevechtstrein ook mortieren, munitie en
nder materiaal dat normaal gesproken bij
e eenheid behoorde te zijn. Dit zou zich
later wreken. De goederentrein vervoerde
et overige materiaal dat pas in een later
tadium van belang was. De goederentrein
/as hippomobile, dat wil zeggen het ver-
oerde alles met paard en wagens. In deze
olonne liepen ook soldaten mee die (later)
an verlof terugkwamen, artilleristen die
un 25 mm kanonnen niet hadden ontvan-
;en en het verkenningseskadron te paard,
tapvoets verplaatste de vijfhonderd man
tellende colonne zich naar Nederland.
1-13 mei, Zeeuws-Vlaanderen
Met de aanwezigheid van de bataljons
an de Westerschelde was aan de eerste
pdracht voldaan. In Breskens konden de
;oldaten de luchtgevechten tussen Franse
n Duitse vliegtuigen boven Vlissingen vol-
en. Een Duits vliegtuig stortte brandend
eer op Walcheren. Een oude Franse Potez
an de basis in Calais viel in Watervliet te
/letter. De bemanning redde zich per para
chute en werd door de soldaten van het
ie Bataljon verwelkomd. Dit was de enige
/eer dat de Franse soldaten hun eigen
liegtuigen boven Nederland zagen.
De 11e en 12e mei verliepen zonder bij-
onderheden. De eenheden hielden zich
lezig met de legering, onderhielden de
onderlinge verbindingen en voerden andere
outinetaken uit. De luchtdoelkanonnen
'ewaakten het luchtruim. Het leek net of
/e op oefening waren. Alleen de hoog in de
lucht ronkende Duitse vliegtuigen en de
burgers die een voor de soldaten onver
staanbare taal spraken herinnerden hen
aan de werkelijkheid. Louis Poirier van
het 132e Régiment d'Infanterie in Osse-
nisse schreef over het landschap in zijn 'La
sieste Hollandaise' onder het pseudoniem
Julien Gracq. 'Dit landschap, recentelijk
ingepolderd, komt net uit het water, wat
duidelijk zichtbaar is, in de ontluikende
bloemenpracht van kort na de zondvloed.
En toch, de leegte en de stilte van deze weel
derige gronden in intrigerend ...verovert
behoedzaam via de uiterste randen dit
Eden van gefabriceerd groen....'16)
In de avond van 13 mei kwam onverwacht
alarm:Gereedmaken voor vertrek'.
14 en 15 mei: oversteek en inrichting
van de verdediging in Zuid-Beveland
In de vroege avond van 13 mei kregen de
eenheden opdracht zich klaar te maken
voor vertrek op korte termijn. Onder
dekking van de duisternis zou de Wes
terschelde worden overgestoken. Daarna
moest een verdediging aan de westzijde
van het Kanaal door Zuid-Beveland wor
den ingericht en een bataljon van 224e
Régiment d'Infanterie aan de Ooster-
schelde worden afgelost. In Walsoorden
werd het le Bataljon in pendeldienst naar
Hansweert overgevaren. 'Priez pour nous'
riepen ze naar de inwoners toen ze naar de
Vlakebruggen liepen.171 De veerboot van
Terneuzen bracht het 2e Bataljon, delen
van de artillerieafdeling en de Groupement
de Reconnaissance de Division d'Infanterie
naar Hoedekenskerke. De oversteek ver
liep traag en het 3e Bataljon stak over op
klaarlichte dag. De altijd aanwezige Duitse
vliegtuigen zagen ongetwijfeld de transpor
ten, maar ze ondernamen geen actie.
De regimentstaf, de ondercommandanten,
verkenners en kwartiermakers vertrok
ken met de eerste boot. De staf begaf zich
naar de commandopost van het bataljon
van 224e Régiment d'Infanterie in Goes.
Er werd informatie uitgewisseld en de
aflossing werd geregeld. De bataljons- en
compagniescommandanten gingen hun
vakken verkennen. Hierbij hadden zij
alleen Michelinkaarten van 1: 200.000
7