indicatie dat dit de hoogliggende boerde
rij op de vliedberg betreft.81 Of hij in het
spraakgebruik ook de naam 'Het Hooch
Huys' heeft gehad is niet bekend. Er
bestaat namelijk een tweede boerderij in de
Kerkboek met de naam het Hoge Huis of in
de volksmond 'T'ööhuus' op perceelnummer
138, zo genoemd naar de hoogte van het
huis bij deze boerderij. Van IJsseldijk, die
de geschiedenis van deze laatste boerderij
beschrijft, 101 heeft zich hierdoor kenne
lijk laten misleiden en heeft dan ook ten
onrechte aan de boerderij op perceel 138 de
naam Het Hooch Huys gegeven. Hierover
wordt in de overlopers echter niets ver
meld, zodat het primaat 'Het Hooch Huys'
toch aan de boerderij op perceel 191 toege
kend moet worden.11'
Relatie tussen hofstede en
omringende landerijen
Een nadere analyse van de eigendommen
en de pacht van de landerijen in de omge
ving van de boerderij (afb. 2), suggereert
dat de eigenaar/gebruiker hiei-van, in 1596
Jan Pierss. Hollander, ook de vermoedelijke
eigenaar of pachter en bewoner van deze
hofstede is geweest. Hij had als 'baander'
een groot aantal percelen (elf percelen
volgens het minuutplan, het aantal deel-
percelen volgens de overlopers bedroeg
zeventien) in de directe omgeving van de
boerderij in pacht. Daarnaast had Jan
Pierss. Hollander ook nog enkele percelen
in eigendom en gebruik waarmee een aan
eengesloten stuk grasland rond de boerde
rij ontstond.121 Zo was hij eigenaar van de
direct om zijn erf liggende percelen 169,
171, 172, 173 en 156 (deel). Ook de oprij
laan of 'dreeve' (170) die vanaf de Poelweg
toegang verschafte heeft waarschijnlijk tot
de boerderij behoord. Deze dreef staat ook
niet geregistreerd in de overlopers en was
dus waarschijnlijk, evenals de boerderij,
vrij van betaling van polder- en dijklas-
ten.13'
Afb. 2. Het Ganzenreservaat met de drie veldhoeken, fragment minuutplan Sinoutskerke
1832. (Robert Minnaard, Studio Shootmedia voor Grafisch Illustratief Ontwerp,
Groningen.)
14