Met eer gedragen Ans Spee Bij zijn overlijden, in 2003, liet Peter Fraanje een manuscript na. Dit belandde in het archief van het Historisch Museum De Bevelanden in Goes en lag daar op de plank. Bij de voorbereidingen voor de huidige tentoonstelling 'Een-dracht maakt pracht' kwam het manuscript ter sprake en men besloot te onderzoeken of het mogelijk was hiermee opnieuw aan de slag te gaan. Oorspronkelijk had Peter Fraanje het idee om een overzicht te maken van de Zeeuwse streekdrachten in samenwerking met Susan Bakx-Plasmans, die de illu straties voor haar rekening zou nemen. Het manuscript bevatte dan ook ontzet tend veel details over de lokale verschillen en over de ontwikkelingen door de tijd. Details die voornamelijk gericht waren op de vervaardiging, bewaring en bewerking van de drachten met het oog op instructie voor museummedewerkers. Deze opzet was niet geschikt voor onmiddellijke publicatie. Vandaar dat gezocht moest worden naar een manier om het manuscript zodanig te bewerken dat het wel geschikt zou zijn voor een publicatie die aantrekkelijk zou zijn voor een breder publiek. Bij de nieuwe opzet kwam de nadruk te liggen op het unieke materiaal dat Peter Fraanje in de loop der jaren verzameld had en dat een aanvulling kon vormen op de reeds bestaande publicaties over Zeeuwse streekdrachten. Deze unieke aspecten bestonden uit de mondeling overgedragen en door Peter Fraanje genoteerde anekdo tes en de geografische ontwikkeling van de drachten door de tijd. Gekozen werd voor een eenvoudige uitgave met aandacht voor de illustraties van Susan Bakx-Plasmans. Het oorspronkelijke manuscript van Peter Fraanje is daartoe bewerkt door cultuur wetenschapper en tekstschrijver Ans Spee, die ook de vormgeving voor haar rekening nam. Bij de productie van het boekje werd tevens Maarten Fraanje, de zoon van Peter, betrokken. Tijdens de feestelijke opening van de tentoonstelling op 4 april 2009 kon het eerste exemplaar van 'met eer gedragen' aangeboden worden. Het boekje is niet bedoeld als een compleet overzichtswerk van de Zeeuwse drach ten. Daarover bestaan reeds voldoende prachtige uitgaven. Het is dan ook beter te omschrijven als een interessante en mak kelijk te lezen aanvulling daarop. Op iedere pagina staan herinneringen van dragers en draagsters van de drachten. Ideaal zou zijn geweest als erbij vermeld had kunnen worden van wie de herinnering was en wanneer deze opgetekend was, maar deze informatie ontbrak aan het manuscript en kon ook niet meer achterhaald worden. Desondanks is het een bijzonder aange- Afb.l Omslag van het boek. 19

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2009 | | pagina 21