lingen zorgde voor de nodige problemen, het schoolgebouw als zodanig verkeerde in een slechte staat. Dat was althans het oordeel van de plaatselijke gezondheids commissie, die de school in Wilhelminadorp in 1907 nauwgezet onderzocht en hiervan in een uitgebreid rapport verslag deed aan de hoofdinspecteur van volksgezondheid in Zuid-Holland en Zeeland. De inspecteur was door het rapport zo gealarmeerd dat hijzelf besloot poolshoogte te nemen. Hij schrok van wat hij in de school aantrof en berichtte het gemeentebestuur van Kat- tendijke dat hij met eigen ogen had gezien dat de school 'in zeer vele opzichten te kort schiet aan de allereerste eischen der hygiëne. Dit geldt zoowel', zo schreef hij, 'voor de indeeling en ruimte als voor de inrichting der lokalen en bijlokalen en in het bijzonder voor de verlichting die onvol doende en onpraktisch is aangebracht; voor de ventilatie, die plaats heeft door om hun as tuimelende vensterdeelen, die tocht geven op het hoofd der kinderen, daar zij elke bekapping missen en daarbij onvol doende ventileeren; voor de inrichting der privaten en urinoirs in dezelfde ruimten; voor de slechte wijze van verwarming door niet ommantelde kachels, zonder lucht toevoer van buiten, die veel te dicht staan bij de nabij gelegen banken; voor gemis aan ruimte, gemis aan gelegenheid voor ophangen van kleederen buiten de school lokalen, door gemis aan gangen; gemis aan drinkwater enz. In het kort, de toestand is van dien aard, dat ik mij verplicht zal zien tot afkeuring der school.'11' Deze woorden lieten aan duidelijkheid wei nig te wensen over en het gemeentebestuur besloot dan ook snel tot de bouw van een nieuwe school. Het gebouw zou drie lokalen met een aangebouwde onderwijzerswoning moeten bevatten en komen te staan op een perceel aan de Achterweg. De totale kosten werden op 14.885,- geraamd.12' In januari 1909 werd het werk aanbesteed, in september van dat jaar was de nieuwe school gereed. Uiteraard hadden - conform de wet - het rijk en de gemeente het groot ste deel van de kosten voor hun rekening genomen. Het bestuur van de Wilhelmina polder had echter eveneens een duit in het zakje gedaan. Geheel zonder eigen belang was dit overigens niet gebeurd. In 1906 had directeur Hanken het gemeentebe stuur namelijk laten weten dat de bijdrage die de polder jaarlijks aan het plaatselijk onderwijs verleende van tweehonderd op vierhonderd gulden per jaar gebracht zou worden op voorwaarde dat het gemeente huis van Kattendijke in Wilhelminadorp moest blijven en niet, zoals de raad aan vankelijk van plan was, naar Kattendijke zou worden verplaatst.13' Het nieuwe schoolgebouw zou ruim een halve eeuw in gebruik zijn. In 1968 besloot het college van B&W tot de bouw van een nieuwe openbare lagere school: de huidige Stamperiusschool aan de I.G.J. van den Boschstraat.11' De naam was een eerbe toon aan deze in 1858 in Wilhelminadorp geboren onderwijzer, die in onze streek vooral bekendheid geniet als schrijver van jeugdboeken die zich afspelen in de Wilhel- minapolder. Noten 1. C. Visser, Vernieuwing van het lager onderwijs in Zeeland in de eerste helft van de negentiende eeuw (Vlissingen 1995), p. 114-115. 2. Zeeuws Archief Middelburg (ZAM), Archief Provinciaal Bestuur (APB) 1813-1850, inv.nr. 224, brief 26-3-1821. 3. ZAM, APB 1813-1850, inv.nr. 224, brief 19-5-1821. 4. ZAM, APB 1813-1850, inv.nr. 224, ongedateerd verzoek schrift uit 1822. 5. ZAM. APB 1813-1850, inv.nr. 224, brief GS aan Minis ter 30-10-1823; zie ook: Visser, vernieuwing onderwijs p. 115. 6. J.M.G. van der Poel, De Wilhelminapolder 1809-1959 (Wageningen 1959), p. 77. Het boek is ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan geschreven in opdracht van het bestuur van de Wilhelminapolder. 7. Visser, vernieuwing onderwijs, 107-108 en 285. Gege vens H. Snijder uit burgerlijke stand en bevolkingsre gisters Kattendijke 1831-1838. 8. Goessche Courant 12-3-1896, 4-8-1900, 22-8-1916 en GA Goes, Archief gemeente Kattendijke, inv.nr. 891. 9. ZAM, Archief toezicht lager onderwijs 1806-1920, inv. nrs. 70-73 en 662 en 663. Het is overigens opvallend dat de invoering van de leerplicht in 1900 nauwelijks invloed had op het aantal schoolgaande kinderen. Zo werd de school in 1904 door 104 kinderen bezocht, slechts tien meer dan in 1895. 10. GA Goes, Archief gemeente Kattendijke, inv.nr. 860. 11. GA Goes, Archief gemeente Kattendijke, inv.nr. 943, brief 18-5-1908. 12. GA Goes, Archief gemeente Kattendijke, inv.nr. 943, 15-5-1908. 13. GA Goes, Archief gemeente Kattendijke, inv.nr. 290, brief 7-7-1906. 14. GA Goes, Archief gemeente Kattendijke, inv.nr. 949. 17

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2009 | | pagina 19